mei 1980
plaats in het gehele gemeentelijke beleid heeft. Juist doordat wij
ons hierop nog eens extra hebben bezonnen en gelet op onze financiële
situatie is bij ons de vraag gerezen of wij het Fonds Kunstaankopen
niet moeten aanwenden en dit fonds eventueel verder moeten aanvullen
wanneer wij financieel ruimer zouden komen te zitten. De mening van
de andere fracties zouden wij graag eens vernemen.
De heer VISSER: Mijnheer de voorzitter. Is de wethouder voor cultu
rele zaken bereid de nota cultuurbeleid d.d. 17 november 1977 te
herzien en de raad een nieuwe nota te presenteren? Zo ja, wanneer
zal zij met die nieuwe nota dan komen? Meestal immers behoudt zo'n
nota slechts gedurende enkele jaren haar geldigheid. De nota van
1977 is nu waarschijnlijk aan herziening toe.
Er is bij de heer Plomp sprake van een misverstand, want ik heb hele
maal niet over het infocentrum gesproken. Ik heb gezegd dat in de
brief aan de raad geen verslag was van de commissie inspraak en voor
lichting. In een vergadering van die commissie is beloofd dat zou
worden bezien of volgend jaar de nieuwe beleidsnota wèl een inspraak
procedure zal ondergaan. Gaarne verneem ik of dit volgend jaar zal
gebeuren.
De door ons ingediende motie slaat op het feit dat morgen in Beuken
dal kinderen niet meer zullen kunnen sporten en sportief recreëren.
Voor de kinderen is dat een ramp; er is een enorme behoefte bij kin
deren in hun vrije tijd sportief te recreëren. Is het college bereid
naar andere plaatsen te zoeken waar dit wèl mogelijk zal zijn? Is het
college bereid die mogelijkheden te publiceren? Het gaat erom die
kinderen terug te winnen.
Mevrouw VAN GELDER-CORNELISSEN: Mijnheer de voorzitter. In antwoord
op de vraag van mevrouw Korthuis naar onze mening inzake de 1%-rege-
ling voor kunstzinnige verfraaiing en in reactie op haar suggestie
met betrekking tot het benutten van het Fonds Kunstaankopen merk ik
op, dat het Fonds Kunstaankopen in de eerste plaats een andere func
tie heeft dan de 1%-regeling.
Ik zou beide niet door elkaar willen halen. De doelstelling van het
Fonds Kunstaankopen is immers om in oude wijken tot kunstzinnige ver
fraaiing te komen. Die doelstelling wil ik niet aantasten. Juist im
mers de 1%-regeling was erop gericht ook in nieuwe wijken tot ver
fraaiing te geraken. Om die reden zijn wij voor het voorstel van het
college
Daarnaast bespeur ik in het voorstel van mevrouw Korthuis het gevaar
dat bestemmingsplannen met grote financiële tekorten geen kans meer
zullen maken op kunstzinnige verfraaiing, terwijl bestemmingsplannen
die een minder groot exploitatietekort vertonen wèl voor kunstzinnige
verfraaiing in aanmerking zouden komen. Op die manier ontstaat naar
mijn mening een nog onevenwichtiger verdeling. Nu wordt een duidelij
ke grens getrokken bij 100 woningen; daarboven loont het tot kunst
zinnige verfraaiing te komen.
Ingaande op de motie van de heer Visser c.s. merk ik op dat het be
sluit van de Sportstichting door mijn fractie wordt betreurd. De mo
tie dringt erop aan de effecten van dit besluit op enigerlei wijze
ongedaan te maken. Ik meen echter dat de raad ingevolge de verorde
ning die terzake van kracht is weinig invloed kan uitoefenen. Wel
zouden wij de Sportstichting kunnen vragen haar besluit in heroverwe
ging te nemen. Zo'n uitspraak zal ik graag doen.