juni 1980 De heer KINGMA: Mijnheer de voorzitter. Uit de woorden van de wethou der begrijp ik dat het college in ieder geval met het eerste deel van mijn voorstel akkoord gaat. Het tweede deel is precies zo bedoeld als de wethouder heeft aangegeven. Het gaat erom dat in gevallen van lang durige leegstand van geval tot geval bekeken zal worden wat er moet gebeuren. In de discussie over de Kosten-eenheden heb ik het antwoord gemist op de vraag of het inzicht is veranderd. Ik begrijp dat dit niet het ge val is. In het antwoord kan erop worden gewezen dat het inzicht op dit punt niet is gewijzigd. Dat schept duidelijkheid. Met de heer Nuijten ben ik het eens dat het er niet om gaat wat wij als raadsleden weten, maar dat de vragenstellers het antwoord krijgen waarom zij vragen. De bewoners vragen om te wachten met de sloop totdat geheel Ons Belang leeg is. De huidige afspraak is dat per blok wordt afgebroken. Wij vinden dat een juiste gang van zaken, omdat het anders te lang gaat duren en de risico's groter worden dan nu. Mevrouw KORTHUIS-ELION: Mijnheer de voorzitter. Wij zijn blij met de uiteenzetting van wethouder mevrouw Van Stiphout en laten het graag aan het college over de brief nader aan te scherpen in de door haar aangeduide zin. Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM: Mijnheer de voorzitter. Ook wij gaan graag akkoord met een aangepast antwoord in de zin als door mevrouw Van Stiphout zoeven aangegeven. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten het ontwerp-antwoord aan de P.S.P., afdeling Soest, aan te passen conform het nader door bur gemeester en wethouders gegeven antwoord. 3. Vragenhalfuurtje Hiervoor zijn geen vragen ingediend. 4. Voorstel tot het verlenen van een krediet voor inrichting van een voor lichtingscentrum bij het gas- en c.a.i.-bedrijf Mevrouw ALLARD-KNOL: Mijnheer de voorzitter. Het verstrekken van infor matie met betrekking tot besparing van energie vinden wij uitermate be langrijk. Wij staan dan ook sympathiek tegenover het idee van het in richten van een echt voorlichtingscentrum ter bevordering van het zui niger omgaan met gas. Het lijkt ons gewenst de voorlichting over ener giebesparing in het algemeen daarbij te betrekken. Niet voor niets heb ben wij voor 1980 als een van onze hoogste prioriteiten opgenomen de samenstelling van een nota energiebesparing. Wij hebben echter de grootste moeite met de manier waarop de financiële middelen hiervoor zijn gevonden. Het gaat niet aan dat een bedrijf dat naar zijn aard winst maakt, waardoor eigen fondsen kunnen worden gevormd, zich niets behoeft aan te trekken van de met moeite opgestelde prioriteitenlijst. Dit bedrijf moet in de pas lopen met minder florerende bedrijven en diensten. Overigens zullen wij op de reservevorming bij het gasbedrijf bij de behandeling van de begroting terugkomen, mede omdat hierover vragen zijn gesteld door het Verificatiebureau. Een beleidsombuiging van hap-snap-investeringen naar een gestructu reerde investeringsaanpak kost gewenningstijd. Wij willen daarvoor be grip opbrengen. Een gewenningskuur van een jaar lijkt ons maximaal. Dit jaar is nog niet helemaal verstreken. Daarom kunnen wij nu nog met het voorstel akkoord gaan. 7

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1980 | | pagina 146