U hebt, mijnheer de voorzitter, nu uiteengezet hoe het college aan dat bedrag van 4.420,is gekomen. Een hogere prijs zou tot gevolg heb ben, dat de gemeente geen grip meer heeft op de jagers. Ik vind dat nonsens. Ik zeg geen slecht woord van de Soester Jachtcombinatiemaar er zijn in Soest ook andere weidelijke jagers, dieevenmin slecht zijn. Hetgeen nu plaatsvindt betekent discriminatie van de andere Soester jagers Een hogere pachtprijs betekent mijns inziens niet dat er niet weidelijk zal worden gejaagd. Tussen beide aspecten bestaat geen duideliJcverband. Ik verzoek het college dan ook om het voorstel terug te nemen, zodat het opnieuw kan worden besproken in de commissie voor de financiën en het grondbedrijf. In de commissie kan dan worden bekeken of wij met hetgeen nu wordt, voorgesteld wel op de goede weg zijn. Andere mensen hebben evenveel recht. Het spel is niet goed gespeeld. De heer VISSER: Mijnheer de voorzitter! Het verheugt mij van u te mogen vernemen dat jagers dieren kansen geven. Ik denk echter dat de kansen steeds geringer worden, wanneer de pachtprijs hoger wordt. Om de dieren een optimale kans te geven zijn wij - ondanks het mooie ver haal van de heer Van Poppelen - tegen het voorstel om het jachtrecht te verhuren. De heer GERTH: Mijnheer de voorzitter! Ook onze fractie is tegen de verhuring van het jachtrecht. Laat de natuur haar eigen gang maar gaan. Wanneer er teveel wild komt, moeten wij niet eerst het vossen- bestand uitroeien en daarna zeggen dat het niet aanwezig zijn van vossen een excuus is om het wild te gaan bejagen. De wildstand in Nederland is gering en wij zijn het dan ook helemaal niet eens met het afschieten van nóg meer wild. De controle op de wildstand dient te worden overgelaten aan de officiële jachtopzieners; zij houden het bestand dan wel in de gaten. De vossen doen de rest wel. Mijn fractie zal tegen dit voorstel stemmen. De heer VAN LOGTENSTEIN: Mijnheer de voorzitter! In december j.1. heb ik namens de gehele fractie het woord kunnen voeren, maar ik heb de indruk dat dat nu niet het geval is. In december j.1. heb ik om aanhouding van het voorstel gevraagd om een redelijke en passende vergoeding te verkrijgen voor hetgeen wij bieden. Ik heb helemaal niet gezegd dat de Soester Jachtcombinatie niet goed werkt. Ik heb er alleen op gewezen dat de overeengekomen huurprijs te laag was en dat een redelijke vergoeding een normale eis is. Ik ben dan ook blij met het voorstel dat nu voorligt en ik hoop dat dat voorstel door de raad zal worden aangenomen. Het gevaar van een openbare inschrijving is uitdrukkelijk dat de huur ders het geld eruit willen halen. Men zal niet meer letten op wat er wordt gedaan, waardoor men de doelstelling van de jacht - het in standhouden van een redelijk peil van de wildstand - zal voorbijschie ten. Ik ben tegen exploitatie. De Soester Jachtcombinatie doet haar werk naar onze mening - en ik spreek nu ook als lid van de boscom- missie - uitzonderlijk goed. Wij hebben geen enkele klacht over haar werk. Wanneer de Soester Jachtcombinatie de nu voorgestelde prijs wil betalen, heb ik helemaal vrede met verhuring van het jachtrecht aan de Soester Jachtcombinatie. Onmiskenbaar is het feit dat er enkele tegenstanders van de jacht in de raad zitten. Ik geloof toch dat de tegenstanders zich beter achter dit voorstel kunnen scharen, omdat het meer zekerheid geeft dan een eventueel ander voorstel dat uitgaat van inschrijving op basis van de hoogste prijs. 17

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1980 | | pagina 16