17 juni 1982 de overzicht op blz. 1 en 2 behandelt, dat er toch een tekstje op blz. 4 van uw raadsvoorstel niet besproken wordt. Dat gaat ook over de politie. Op blz. 4 staat nl. "na wijziging van de funktie kan de garage-onder houdsmedewerker opgenomen in de formatiesterkte." Gezien de hele discus sie in de commissie A.B.Z. en de uitvoerige notities die U ons heeft doen toekomen, waaruit blijkt dat met name de recherche jarenlang op dezelfde sterkte is gebleven en dat daar de grootste problemen zitten is het voor ons onbegrijpelijk dat wanneer U de kans krijgt van Den Haag om uw formatie uit te breiden om dan aan het politiekorps een garage-onderhoudsmedewerker toe te voegen. Ik heb begrepen, dat deze man zelfs niet bevoegd is. Dat is net iets waar we geen behoefte aan hebben, omdat wij veel meer behoefte hebben aan mensen die dingen gaan doen waar nu niet aan toegekomen wordt, bijvoorbeeld fietsendiefstallen etc De VOORZITTER Er is van een misverstand sprake. Er is nu een onderhouds medewerker. De bedoeling is, dat deze medewerker na een bijscholing wordt ingezet als opsporings-ambtenaar voor meer technische zaken auto's be treffende. Met name de veiligheid van het verkeer dienende. Heer VISSER Dan spreekt U mij niet tegen en hebben we het allebei over hetzelfde. Ik herhaal dan, dat aan zo'n man geen enkele behoefte is omdat elke garage in Soest even kan kontroleren of een auto technisch niet vol waardig is. De VOORZITTER Dan is er dus wel een misverstand. Het gaat hier om een technisch opsporings-ambtenaar die een auto die gebreken heeft juridisch de bestuurder kan aanspreken en de auto van de weg afhalen. Dat kan alleen maar een technische man met opsporingsbevoegdheid. Heer VISSER Ik wil toch de raad voorstellen overleg te plegen over hoe wij het politiekorps in Soest gaan uitbreiden. De VOORZITTER We breiden niets uit. Heer ONDERDELINDEN Dat is de competentie van de burgemeester. Mevrouw VAN GELDER-CORNELISSEN Met die laatste opmerking van de heer Onderdelinden ben ik het niet eens. Het is nl. erg goed wanneer de politie zaken meer in de commissie Algemene Bestuurszaken besproken worden. In deze tijd waarbij de taken toenemen en de financiële middelen veel minder worden worden hoge eisen gesteld aan de politie en met name aan de orga nisatie van de politie. Zoals ook de heer Onderdelinden heeft gezegd, de mogelijkheden van prioriteiten stellen dienen bekeken te worden in over leg met de officier van justitie, de burgemeester en ook de commissie algemene bestuurszaken. Nu komen er eigenlijk weer twee voorstellen op tafel. De ene is van de bezuinigingscommissie de theoretische mogelijk heid om 7.500,-- te bezuinigen en de eventuele uitbreiding van over uren. Onze fraktie blijft er bij, zoals ik ook in de commissie A.B.Z. heb verwoord, dat die 7.500,bezuiniging niet doorgezet moet worden, gezien de taken die er zijn en het feit dat de politie de kans moet hebben zijn organisatie aan te passen op een tijd waarin er toch minder is. Dat betekent dat je daar op voorbereid moet zijn. Wat betreft het tweede voorstel inzake de uitbreiding van de mogelijkheid om overuren in geld te vergoeden vinden wij dat die beslissing op dit moment niet genomen dient te worden. Er zal eerst meer informatie over de andere organisatie van de politie met de prioriteitenstelling moeten zijn. Daarnaast vinden wij ook, omdat de gemeenteraad ook verantwoordelijk is voor het politionele beleid in de gemeente al is dat dan niet in formele zin, dat in oktober met alle andere uitgaven deze afweging gedaan dient te worden. Mevrouw ALLARD-KNOL Onze fraktie is tegen deze bezuiniging van 7.500, op overuren. Onze mening heeft U reeds in de commissie A.B.Z. gehoord. De VOORZITTER U heeft in de commissie A.B.Z. ook nog iets gezegd over uw opvatting over mijn brief en het voorstel daarin ten aanzien van de overuren. Wat vindt U daarvan -9-

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1981 | | pagina 108