Heer VERHEUS Ik heb nog een vraag voor de wethouder. Hij zegt, dat
het inderdaad in de bedoeling ligt die tennisbanen in te passen. Kan
deze hal dan ook niet ingepast worden
Heer VISSER Gezien de voortvarendheid waarmee U nu via de art. 19
procedure op de Albert Cuijplaan een sporthal wilt creëren hetgeen ook
op agrarisch terrein is.
Heer MENNE Hier gaat het om wijziging van het gebruik. Ik had al ge
zegd dat het gaat om een enclave in het industriegebied. Naar onze mening
is het onjuist dit bij een bestaande hal te doen. Bij de Albert Cuijplaan
is het nieuwbouw op een bestemming voor educatieve doeleinden.
Heer BEIJEN Naar aanleiding van de aanhalingen van de wethouder uit
het tijdschrift Stedenbouw en Volkshuisvesting is gebleken, dat de wet
houder kennelijk niet heeft begrepen dat de beroepschriftencommissie
het met die opvatting wel eens is. Als U goed het advies van de beroep
schriftencommissie aan de gemeenteraad leest dan ziet U daar ook in
dat de beroepschriftencommissie niet voorstelt om tot een bestemmings
planwijziging te komen. Dan verwijs ik U naar de jurisprudentie in
het blad Bouwrecht. Daar wordt van commentaar voorzien door een hoog
geleerde rechtskundige professor, die zegt dat twee uitspraken die
aan elkaar gelegd worden voor hem de mogelijkheid bieden om geen defini
tieve bestemmingsplanwijziging te doen plaatsvinden, maar een vrijstelling
te geven mits deze vrijstelling slechts voor een beperkte termijn wordt
verleend. Hij zegt daarbij "De coördinatie tussen de afdelingen recht
spraak en geschillen van bestuur van de Raad van State is dringend ge
wenst. Er is nu sprake van verwarring." Van die verwarring kunt U
opheldering krijgen als de gemeenteraad nu dit voorstel aanneemt en
dan eventueel de voorzitter van het college beroep zal aantekenen tegen
deze beslissing van de gemeenteraad en bij de Kroon om vernietiging zal
vragen. Ik denk op grond van de jurisprudentie die mij bekend is dat de
voorzitter dit niet zal doen, want hij krijgt geen gelijk.
Heer MENNE Juist het feit,dat de beroepschriftencommissie niet tot be
stemmingsplanwijziging wil komen is juist de wig. Dat is juist het ver
schil.
Het voorstel nr. 30 van de beroepschriftencommissie wordt in stemming
gebracht en met 13 tegen 12 stemmen verworpen.
Voor hebben gestemd de leden Beijen, mevrouw Blommers, Verheus,
Storimans, Visser, Blaauw, mevrouw Tomassen, mevrouw Allard, Van den
Brakel, mevrouw Korthuis, Nuijten, Onderdelinden.
Tegen hebben gestemd de leden mevrouw Van Stiphout, Ebbers, mevrouw
Greefhorst, mevrouw Van Gelder, Bolhuis, Stam, Van Logtenstein, Van
Poppelen, Kingma, Hoekstra, Menne, Oldenboom en Plomp.
Het voorstel 30a van het college is daarbij aangenomen.
31. Voorstel tot het aangaan van een overeenkomst van ruiling met de heren
P.J.F.A. en M.C. van den Breemer inzake gronden aan de Soesterengweg
en de Weideweg.
Mevrouw ALLARD-KNOL U weet dat D'66 tegen bebouwing Dalweg-Zuid is
derhalve zijn wij tegen deze ruiling, omdat wij van mening zijn dat de
gemeente daar geen gronden behoeft te verwerven.
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen met de aan
tekening dat de fraktie van D'66 tegengestemd heeft.
32. Voorstel tot vaststelling van het aantal uren vakonderwijs ten behoeve
van openbare en bijzondere scholen voor gewoon lager onderwijs ingaande
1 augustus 1982.
-20-