19 mei 1982
Mevrouw VAN STIPHOUT-CROONENBERG Voorzitter, dit komt op de agenda voor
de volgende commissievergadering.
Deze brief wordt voor kennisgeving aangenomen.
k) Brieven van het Bestuur van de Stichting Dorpshuis Soesterberg dd. 8
april 1982, 23 april 1982 en mei 1982 (ontvangen tijdens de gecombineerde
commissievergadering op 13 mei 1982) betreffende de sportzaal en de N.O.K.
rapportage met voorstel de brieven voor nader advies in handen te stel
len van burgemeester en wethouders.
Heer VISSER Ik heb vandaag een brief ontvangen van het Dorpshuis Soester
berg, waarin de secretaris ons vertelt dat het merendeel van het bestuur
bereid is om de zogenaamde 'opstapdatumvan 1 juli uit te stellen. Zij
hebben geen behoefte meer aan de bespreking van het N.O.K.-rapport. Ik
wil nog wel een misverstand uit de weg ruimen. Er schijnen geruchten te
gaan in Soesterberg, dat een zgn. bezuinigingscommissie de post van
70.000,voor de verbouw al heeft geschrapt. Voor alle duidelijkheid
is het misschien goed nog eens te zeggen, dat deze commissie niet bezuinigt
maar theoretische bezuinigingsmogelijkheden op tafel probeert te krijgen en
beslist niet aan het schrappen is.
Deze brief wordt voor nader advies in handen gesteld van burgemeester en
wethouders
1) Brief dd. 12 mei 1982 van de woningbouwvereniging Sint Joseph inzake de
realisering van Overhees III en IV, met voorstel de brief om advies in
handen te stellen van burgemeester en wethouders.
m) Brief dd. 16 mei 1982 van Progressief Soest waarbij een basisplan wordt
toegezonden voor Soesterberg (na opheffing van de vliegbasis) met voorstel
de brief in handen te stellen van burgemeester en wethouders.
Met betrekking tot deze stukken wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke
stemming besloten overeenkomstig hetgeen door burgemeester en wethouders is
voorgesteld.
3) Vragenhalfuurtje.
De VOORZITTER deelt mede, dat er geen vragen zijn binnengekomen.
4) Voorstel tot het afzien van het instellen van beroep tegen het besluit van
Gedeputeerde Staten van Utrecht dd. 2/2/1982 tot het verlenen van een vergunning
als bedoeld in artikel 3 van de ontgrondingswet aan de Grondexploitatie
maatschappij A.W. Kuyer en Zn. b.v. te Soest inzake ontgronding van de
percelen kadastraal bekend bij gemeente Soest, sectie K, nrs. 838 (ged)
839 (ged) en 2799 (ged)(gewijzigd voorstel)
Heer NUIJTEN In de gezamenlijke commissievergadering heb ik reeds gezegd,dat
wij de door het college aangevoerde argumenten een beroep in te stellen bij
de provincie volledig onderschrijven. Wij willen zo snel mogelijk dat gat
dicht hebben om op die manier een einde te maken aan de overlast voor de
omwonenden en aan het ongecontroleerde storten wat daar plaatsvindt. Wij
zijn om die reden van mening dat er wel bij de provincie een beroep moet
worden ingesteld. Verder vinden wij het onjuist dat de ontheffing van de
zoneverordening, die in april 1981 voor één jaar door de raad is verleend,
kennelijk verlengd is zonder dat de raad zich daarover verder heeft uitge
sproken. Het mag dan zijn dat per 1 maart 1982 de verlening van de hinderwet
vergunning is overgedragen aan de provincie, maar de zoneverordening is een
gemeentelijk instrument, waarvan we nog onlangs hebben vastgesteld hoe waarde
vol het is dat instrument te behouden.
Mevrouw KORTHUIS-ELION In de vergadering van de commissie R.O. hebben wij
ons afgevraagd of het goed zou zijn om geen beroep in te stellen. Wij vonden
dat het mogelijk zou moeten zijn, mits er tot overeenstemming gekomen kon
worden tussen Kuyer en de gemeente over sluiting op 1 januari 1985 en met
Kuyer, Gemeente en omwonenden te komen tot afspraken met betrekking tot be
perking van de overlast. Nu staat er in dit herziene raadsvoorstel dat er
geadviseerd is overleg te laten plaatsvinden. Wij zouden dit graag stringenter