ktober 198]
15 oktober 1981
er gezegd bij de voorjaarsnota behandeling en wat is er geschreven en
wat stond er op de flappen. We hebben daar toen goed overleg over gehad
met elkaar en daar is wat op te zeggen, maar ik doe dat niet. Ik vind
het op het ogenblik belangrijker om dat goede overleg met elkaar te
houden. Tenslotte zou ik in zijn algemeenheid nog willen zeggen, dat als
wij met extra bezuinigingsvoorstellen komen, die dan natuurlijk niet in
de prullenmand moeten verdwijnen, want het uitgangspunt en dat is de
enige voorwaarde die wij als college stellen aan het nu te openen over
leg over nadere bezuinigingen met de raad, is dat wij bij de begrotings
behandeling in december wel de begroting in evenwicht moeten hebben.
Wij kunnen niet met een niet-sluitende begroting werken. Wij moeten dus
met elkaar afspreken, dat dat absoluut het doel moet zijn van de be
spreking van de begroting in december tot hoe laat het ook mag duren.
Ik hoop daarbij - en dan spreek ik uitdrukkelijk namens het college -
dat wij zullen kunnen ontkomen aan belastingverhoging op o.g.b.. Mevrouw
Korthuis heeft voor wat de bezuiniging betreft daarbij een richting ge
geven en Mevrouw Allard trouwens ook. Mevrouw Korthuis zegt, dat je het
moet zoeken in de richting, waar de rijksbezuingingen ook voor bedoeld
zijn, bijv. het onderwijs, zoals we dat ook - mevrouw van Stiphout -
bij de politie hebben gedaan. Het overwerk werd gekort en daar is dus
ook op het overwerk geremd. Zo moet je dus eigenlijk steeds het verlengde
zoeken in de gemeentelijke sfeer. Dat betekent niet, dat de gemeente de
vrijheid heeft om het toch anders te doen. Als wij zeggen wij willen dat
niet op onderwijs doen, maar op iets anders dan moet dat natuurlijk kunnen.
In eerste instantie zoek je in die richting die het Rijk aangeeft. Daar
voor zijn ook die doeluitkeringen. Sociaal-cultureel werk is een voorbeeld
inderdaad dat zal ook wel eens zeer nader onderzocht moeten worden. In
ieder geval hebben wij de vrijheid van U gekregen om op alle punten te
kijken en wij zullen dus ook trachten een zo groot mogelijk veld te be
strijken. Maar misschien is dit een richting, die ons wat kan helpen.
Mevrouw Allard heeft gezegd, dat alle punten zeer structureel bekeken
moeten worden. U weet ook hoe moeilijk het is om alles te bekijken Je
moet toch proberen je tijd zo efficiënt mogelijk te besteden, want zoveel
tijd is er ook niet vanaf nu tot aan eind november. Ik zeg U toe, dat
we dat zullen doen. Ik dacht, dat we daarmee de essentie van de zaak
hebben besproken. Ik zou het eigenlijk hierbij willen laten. Tenslotte
wil ik nog zeggen, dat ik morgen kontakt op zal nemen met binnenlandse
zaken om trachten opening te krijgen voor een later indienen van onze
belastingvoorstellen voor o.g.b. als dat zou moeten in december.
Mevrouw GREEFHORST- VAN OVERDAM U zegt, dat U het wil gaan bekijken.
Accoord U mag best gaan bekijken, maar wij binden ons nergens aan. U
zegt, dat U niet wil ingaan op de discussie in de juni-raad, maar ik wil
niet voor hetzelfde komen te staan. In de juni-raad heb ik drie keer ge
zegd, dat we van ieder project een afzonderlijk voorstel willen en die mis
verstanden wil ik onder geen beding weer hebben. U mag het bekijken bij
het ministeriemaar we binden ons nergens aan
De VOORZITTER Dan vraag ik U nu wat en daar wil ik dan ook antwoord op
hebben. Ik heb gezegd, er is één voorwaarde en dat is dat de begroting
moet sluiten.
Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM Helemaal accoord mijnheer de voorzitter.
Kijkt U de juni raad maar na, daar is ook gesproken over alle gesubsidi
eerde instellingen en er zijn nog meer dingen aangedragen.
De VOORZITTER Wij houden elkaar er aan, dat er een sluitende begroting
komt in december.
Mevrouw VAN GELDER-CORNELISSEN Kunt U dat nog even toelichten, waarom.
U stelt het als pertinente voorwaarde. Ik heb gezegd te kijken naar de te
verwachten overschotten van 80/81. Het is toch onvoorstelbaar, dat in deze
tijd wij geen zicht hebben op hoe de rekening '80 en '81 er uit zal zien.
O C