Wat is namelijk het geval. Binnen alle welzijnsinstellingenen ik verwijs
nu maar gemakshalve naar de instellingen voor de jeugdzorg, worden de loon
kosten voor 100% gesubsidieerd en wordt er een accomodatie-subsidie gegeven
van 80% etc.. De peuterspeelzalen zijn op basis van een verordening, die
in het leven werd geroepen apart voor andere welzijnsvoorzieningen, op het
moment dat de Stichting Peuterspeelzalen werd opgericht, gebaseerd op een
subsidie op de loonkosten van 50%. Dat was het. Dat is ook gebaseerd ge
weest indertijd op één peuterspeelzaal. Doordat de ontwikkeling van de
lonen in de zeventiger jaren geen gelijke tred hebben gehouden in de
stijging en de kosten die dat met zich meebracht, de 50% niet te verge
lijken was met de indexering van de kostenstijging die de ouders moesten
opbrengen is daar een zekere scheefgroei in ontstaan. Hierin blijkt ook
dat door de jaren heen de Stichting Peuterspeelzalen steeds opnieuw in
de problemen kwam. En de laatste jaren veel sterker omdat niet ongenuan
ceerd de loonkostenstijging en de overheadskosten van de gebouwen - die
ook steeds hoger werden want de huren werden opgetrokken - de extra
loonkosten, die ze hebben in bijvoorbeeld de sektor van schoonmaken niet
allemaal konden worden verdisconteerd in de doorberekeningen naar de ouders.
De 50% werd alleen op de loonkosten van de peuterspeelzalen gegeven. Er
is dus een heel andere wijze vansubsidiëren geweest voor die Stichting
Peuterspeelzalen dan voor andere instellingen. De CDA-fraktie vindt dat
met het dekken van het tekort over 1981 de kous af is. Nu is het zo, dat de
meerderheid van het college van mening is, dat het voorstel van het bestuur
van de Stichting Peuterspeelzalen volstrekt redelijk is. Want de Stichting
Peuterspeelzalen moet vanaf nu ontslagvergunningen aanvragen bij de direc
teur van het gewestelijk arbeidsbureau. Daar kan tegen in beroep worden
gegaan. Dat eist een procedure, zodat het bestuur van de Stichting Peuter
speelzalen er o.i. terecht van mag uitgaan dat zij niet op een termijn van
een paar weken of twee maanden kans ziet die ontslag procedures voor elkaar
krijgen. Daarbij komt nog dat de peuterspeelzaalleidsters daarmee toch een
extra verzwaring van hun werk krijgen en de meerderheid van het college was
van mening dat dat in ieder geval zo gehonoreerd moest worden dat het ge
deelte van het verlies van 1982 door de onzekerheid van de ontslag
procedures moest worden gehonoreerd. De frakties van de V.V.D.P.v.d.A,
D'66 en Progressief Soest hebben een motie ingediend om in overleg te
treden met de Stichting Peuterspeelzalen over de differentiatie. Het col
lege denkt dat dat niet kan. Wel kunnen wij het bestuur van de Stichting
Peuterspeelzalen mededelen wat het standpunt van de meerderheid van de
raad is vragen aan het bestuur van de Stichting om voorstellen uit te
werken en daar met ons overleg over te voeren. Het kan niet zo zijn, dat
het gemeentebestuur de differentiatie van een instelling vastlegt. Dat is
de verantwoordelijkheid van de Stichting.
Mevrouw BLOMMERS-BIEZENO Voorzitter, ik dacht dat de wethouder nu een
uitleg geeft die wel heel eenzijdig is, nl. de differentiatie. In de
motie staat uitdrukkelijk gesteld, dat er gezocht moet worden naar wegen
om de peuterspeelzaal toegankelijk te houden. En wij zeggen niet, dat dif
ferentiatie dan een toverwoord is.
De VOORZITTER In de motie wordt een uitspraak gedaan nl. "gezocht moet
worden naar mogelijkheden om in overeenstemming met de genoemde criteria
het mogelijk te laten blijven dat elke peuter, ongeacht het inkomen van
de ouders, gebruik kan maken van de speelzaal." Dat is een uitspraak van
de ondertekenaars en zij verzoeken het college "daartoe overleg te openen
met het bestuur van Stichting Peuterspeelzalen om één en ander verder te
doen uitwerken, zodat de raad daarover een konkreet voorstel kan bereiken."
Het voorstel wat mevrouw Van Stiphout net heeft geformuleerd is
- In ieder geval kenbaar maken aan het bestuur van de Stichting Peuterspeel
zalen wat er op dit punt bij deze groepering uit de raad leeft. Dan zullen
zij, want het is hun verantwoordelijkheid, eventueel daar met ideëen over