19 maart 1981
2. Vragenhalfuurtje.
De VOORZITTER deelt mede, dat er geen vragen zijn binnengekomen.
3. Voorstel tot het vaststellen van de Structuurschets Dalweg.
Dit agendapunt is verschoven naar de volgende maand.
4. Voorstel tot het vaststellen van de "Algemene Subsidieverordening
Welzijnsvoorzieningen en -aktiviteiten'.'
Mevrouw ALLARD-KNOL Mijnheer de voorzitter. Onze fractie gaat
accoord met deze bijna "Algemene Subsidieverordening'.^Welzijnsvoor
zieningen en -aktiviteiten"Wij vinden het een goede zaak en de
duidelijkheid ten goede komen, dat voorwaarden en regels die tot
dusverre versnipperd waren over diverse verordeningen nu in één
algemene verordening zijn opgenomen. Inhoudelijk hebben wij geen
opmerkingen meer de verordening lijkt ons redelijk. De praktijk
ervaring zal ons moeten leren of er nog hiaten of onbillijkheden
in zitten. Bijstellen kan dan alsnog plaatsvinden. Mijnheer de
voorzitter, ik ben begonnen met de zeggen dat wij accoord gingen
met deze bijna Algemene Subsidieverordening. Wij vinden het nl.
onjuist, dat het geen integraal instrument is geworden ten aanzien
van de subsidiëring van het welzijn in Soest. Naar onze mening ont
breekt in deze verordening een belangrijke welzijnsvoorziening nl.
de sport. De bezwaren, die tegen opname in deze algemene subsidie
verordening tot dusverre zijn aangevoerd vinden wij voor zover wij
dat kunnen beoordelen niet steekhoudend. Wij zijn van mening, dat
de gemeente wel degelijk de mogelijkheid heeft om alleen die
kostensoort te subsidiëren en op te nemen in de verordening, die
nu ook gesubsidieerd wordt. Het bedrag van de subsidie kan evenals
bij de andere instellingen en verenigingen budgetair neutraal zijn.
Dat wil zeggen, men krijgt er niets bij en er gaat niets van af.
Wij zouden het college dan ook willen verzoeken om alsnog de sport
in deze verordening onder te brengen, zodat deze met recht de naam
Algemene Subsidieverordening Welzijnsvoorzieningen en -aktiviteiten
kan dragen, Wij hebben er begrip voor, dat zoiets niet van vandaag
op morgen geregeld kan worden, maar aan het einde van het jaar als
de raad opnieuw de percentages en bedragen bepaalt voor subsidie
toekenning, zou de integratie geregeld moeten zijn. Dank U,
Heer KINGMA Ik kan wat korter zijn in mijn reactie, omdat er ge
lukkig wat sportief gras voor mijn voeten is weggemaaid. Ik zou
in ieder geval het college willen vragen of de reaktie van de
sportstichting op de subsidieverordening geen aanleiding is de
sport in de subsidieverordening op te nemen. Wij vragen ons af
op welke termijn dit zou kunnen gebeuren en hoe. Dan is er nog
een ander punt. Er hebben erg veel instellingen en verenigingen
gereageerd en het lijkt ons alleszins op zijn plaats als die
instellingen en verenigingen een antwoord krijgen ten aanzien van
datgene wat er met hun opmerkingen is gebeurd. Dit betekent na
tuurlijk niet, dat alle verenigingen en instellingen een aparte
brief moeten hebben - dat kost te veel tijd - maar er is best een
eenvoudige oplossing voor te vinden. Voorts staat er in het voor
stel in de laatste alinea, dat de wijze van subsidiëren vana^f 1982
aan de hand van de opgedane ervaringen jaarlijks zal moeten worden
bezien in hoeverre verdergaande harmonisatie van de subsidiëring
nodig en mogelijk is. Het lijkt mij ook, dat het goed zou zijn
als er behalve naar de ervaringen ook wordt gekeken naar de moge
lijke onrechtvaardige verschillen, die er op kunnen treden en die-
we kunnen konstateren bij de huidige vergoedingspercentages en
daar op langere termijn probeeen ook wat harmonisatie in aan te
brengen