9 maart 1983
van de uitgaven van de andere diensten en instellingen, als een
gering bedrag te beschouwen, als een peuleschil.
Heer VAN GELDER: Voorzitter, u heeft gezegd dat ik niet gerefereerd
heb aan een notitie die u heeft verstrekt. Ik ben van mening dat de
diskussie rond de brandweer - ook andere posten, maar de brandweer in het
bijzonder- bestaat uit het vooruitschuiven van allerlei zaken. Dat is
steeds het geval geweest. In A.B.Z. van oktober heb ik gezegd: je kunt de
bezuinigingen niet behandelen los van de begroting. 25 november zouden
er aanvullende bezuinigingen komen-, In de commissievergaderingen betref
fende de begroting heb ik een aantal dingen geprobeerd aan de orde te
stellen. Nul op het rekest. In de vorige A.B.Z.-vergadering hebben we
een notitie gekregen, die mogelijk op termijn bezuinigingen kan gaan geven.
We krijgen nu een aantal opmerkingen dat u het mee zult nemen en dat we
er in de volgende commissie-vergadering weer op terug zullen komen.
Zo kun je niet werken in een gemeente. Je moet hier besturen. Wij
krijgen een begroting aangeboden; in de voorbereidingsbespreking van
die begroting heb ik u aangegeven dat u van ons niet hoeft te verwachten
dat wij zonder beleidsmatige onderbouwing mee zullen gaan met dingen waar
we niet akkoord mee zijn. Die beleidsmatige onderbouwing ontbreekt ten enenr
male. Er staan hier een heleboel posten in en we mogen er nu "ja" tegen
zeggen en straks krijgen we te horen, met allerlei notities, wat er dan
misschien nog aan kruimels vanaf kan. Tk ben voor een omgekeerde werk
wijze. Er ligt nu een stuk, geen onderbouwing, wij moeten er maar mee uit
de voeten kunnen. Nu dat doen we dan wel, dan strepen we erin zoals het
CDA dat voorstelt, zoals wij dat voorstellen. Mocht nu blijken dat we
wat teveel gestreept hebben, dan komt u in de volgende commissie-vergadering
maar met voorstellen om het onheil, dat wij dan kennelijk aangericht hebben
maar wat het gevolg is van de procedures die u zelf geëntameerd hebt,
terug te brengen. Ik denk dat iedereen in deze raad redelijk genoeg is
om, als mocht blijken dat we nu iets doen wat echt niet kan, of echt
ernstige consequenties zou hebben, dat t.z.t. terug te draaien.
Dat is naar mijn mening de procedure die we nu moeten volgen: stemmen
over de voorstellen die hier zijn ingediend, als de raad daar "ja" tegen
zegt en als u van mening bent dat dat echt niet kan, dan komt u met
voorstellen om het terug te draaien in de volgende vergaderingen,
VOORZITTER: Ik zal proberen de zaak zo efficiënt mogelijk af te wikkelen.
Ik stel voor dat wij proberen nu eerst de brandweer inklusief de stem
mingen af te ronden en daarna te eten. Als u de begroting bij de hand
neemt, dan lopen we even de lijst door, daar waar correcties worden
voorgesteld. 3^