9 maart 1983
willen voorstellen om die hele bijlage 15, een keer aan te passen
en op grond daarvan de begroting aan te passen, zodat de bedrijven
in ieder geval dan ook - en het geldt ook voor de sportstichting,
de zwembaden, gasbedrijf - geen 9^ krijgen.
Heer VISSER: Mijnheer de voorzitter, ik herhaal de vraag die ik
maandag gesteld heb, maar waar ik geen antwoord op heb gehad: hoe
staat het met de plannen van de gemeente Soest om eventueel een
verordening aan ons voor te leggen over het plaatsen van windmolens
zoals andere gemeenten op het moment ook aankaarten en bespreekbaar
stellen.
Heer VAN LOGTENSTEIN: Mijnheer de voorzitter, in de financiële commissie
hebben wij dat over die rentepercentages ook al ingebracht en wij
kunnen het standpunt en de vraag van de heer Ebbers volledig onder
schrijven.
Heer VAN GELDER: Hetzelfde geldt voor ons. Wij hebben er ook in de
financiële commissie opmerkingen over gemaakt en wij onderschrijven
het standpunt.
Heer MENNE: Mijnheer de voorzitter, Wij hebben een schriftelijke vraag
beantwoord, vraag 13, en daar hebben wij gelokaliseerd dat het gaat om
een bedrag - voor wat betreft het meeprofiteren van bedrijven - van
omstreeks 80.000,= op een totaal van 461.000,=, waarvan ruim
57.000,= ten bate van het grondbedrijf. De heer Ebbers zegt dat de
betreffende staat zou moeten worden omgewerkt; dat is inderdaad het gevolg
daarvan. Tk begrijp dat dat de wens is in zijn algemeenheid van de
raad en als het college daar geen bezwaar tegen heeft, het is toch
voor een goed deel een boekhoudkundige zaak, dan heb ik daar uit
het oogpunt van beleid niet direkt bezwaren tegen.
Heer EBBERS: Ik ben het niet met u eens dat het uitsluitend een boek
houdkundige zaak is. Als ik het grondbedrijf neem en u moet bij de
provincie of een andere hogere instaitie zaken bespreken met betrekking
tot het grondbedrijf en u heeft een gemiddeld rentepercentage van 8§
en u berekent hier 9^ dan hebben die mensen geen kans om behoorlijk'
het woord te kunnen doen. U moet het toch gelijktrekken, ik vind dat
gelijke monniken, gelijke kappen ook hier van toepassing moet zijn.
Heer MENNE: Ik zei al, ik heb er geen bezwaar tegen. Je kan het zo
inschatten en ik zie het ook niet als zo'n zwaar beleidspunt, maar
het kan inderdaad in bepaald overleg met hogere overheidsinstanties
van invloed zijn.
- 37 -