- 38 - 19 mei 1983 Heer BEIJEN: Ik kan op dit moment niet inhoudelijk ingaan op alle punten die aangevoerd zijn door de vorige sprekers. Wij hebben inhoudelijk beoordeeld en wij hebben op grond van de toelichting die gegeven is in de hoorzitting gemotiveerd te horen wat de overwegingen zijn geweest om te komen tot hun beslissing - geoordeeld in meerderheid met alle gegevens die ons op dat de omstreden beslissing heeft kunnen komen. Heer VAN GELDER: Daar ben ik het toch niet mee eens. Dit is geen scherts vertoning'. Hier wordt kritiek geuit. De meerderheid van de beroepschriften commissie komt tot een standpunt waar vrij veel kritiek op is. Dan lijkt het mij dat het niet zo kan zijn dat er verder gewoon niet op ingegaan wordt en men overgaat tot de orde van de dag. Mijn ordevoorstel is, dat de commissie voor de beroepschriften nu wel reageert. VOORZITTER: Dat is hetzelfde als net met het sturen van het college: als iemand aangesproken wordt, dan is hij vrij om te antwoorden zoals hij dat wil, maar u kunt hem niet dwingen. Die wijze van denken moet u toch eens wat verleggen. Ik geloof dat wij de gelegenheid moeten geven aan de beroepschriftencommissie om nog iets te zeggen en als dat niet zo is, dan zou ik willen voorstellen om de diskussie af te ronden. Heer VISSER: Het zegt natuurlijk wel iets over de kwaliteit van de beroepschriftencommissie VOORZITTER: Dan breng ik nu in stemming het voorstel van de beroepschriften commissie. Wie ondersteunt dit voorstel van de commissie? Ik tel 19 stemmen vóór en 7 stemmen tegen. Het voorstel van de commissie voor de beroepschrif tencommissie is aangenomen. De voorzitter sluit de vergadering om 22.00 uur. Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad der gemeente Soestf van - daarom is ook de hoorzitting gehouden, om door het college nader moment voorhanden waren, dat het college in redelijkheid tot 16 juni 1983 de voorzitter,

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1983 | | pagina 239