- 30 -
16 juni 1983
meegeven, want daar gaat het toch in wezen om - wordt er door de Sport
stichting in eerste instantie in overleg getreden met De Borg om te kijken
of daar bezuinigingen gevonden kunnen worden, in tweede instantie worden
andere mogelijkheden nagegaan, in derde instantie worden de bezuinigings
moge li jkheden, genoemd in 2A, bekeken en in vierde instantie eventueel 2B.
Tezamen moet dit leiden tot een bezuiniging van 100.000,= waartoe dan
een begrotingswijziging moet worden ingediend. Dat is de situatie zoals ik
dacht dat die op dit moment was.
Heer BOLHUIS: U heeft het volste recht om deze voorstelling van zaken te
geven, alleen proef ik verschil tussen wat u nu voorstelt en wat de wethouder
van financiën zegt.
VOORZITTER: Dat was niet de bedoeling.
Heer BOLHUIS: U praat over een herziene begroting die maar gedeeltelijk aan
de 100.000,= tegemoet komt en u praat dan verder over de wijze waarop naar
de 100.000,= zal worden gezocht en de wethouder van financiën praat over
een herziene begroting waarin 100.000,= is opgenomen maar zegt dan tegen
de stichting: u hoeft dit niet te accepteren, dit amendement, u mag met
wijzigingsvoorstellen komen en dan moet u maar aan één voorwaarde voldoen,
n.1. dat de 100.000,= bereikt wordt.
VOORZITTER: Dan zijn we het eens. Zoals u het nu zegt is het correct, ik
heb mij dan niet helemaal duidelijk uitgedrukt.
Dat betekent dat, als wij daar dan als raad toe kunnen besluiten, met inacht-
name van dat de heer Visser en mevr. Allard tegen zijn
Heer VISSER: Ik wil wel even een stemverklaring afleggen. Ik wil even vast
stellen dat ik, doordat ik tegen stem, de enige ben die de motie van de
Sportstichting onderschrijf. Dat wil ik duidelijk stellen tegenover de heren
Strietman, Jacobs en van den Brakel én de wethouder van sportzaken, die
allemaal zogenaamd de motie van de Sportstichting unaniem hebben onderschre
ven, die stappen daar dis nu vanaf. Ik ben geen lid van de Sportstichting en
ook niet zo sportief misschien, maar ik ben de enige met mevr. Allard, die
de motie van de Sportstichting ondersteunt, die van mening is dat een ton niet
ingeleverd kan worden.
MevrALLARD: Mijnheer de voorzitter, ik zou graag de toevoeging willen heb
ben dat het mij gaat om procedurele redenen.
Heer BLOM: Ik wil in het voorstel toch helder gesteld hebben dat wij dan
moeten stemmen over de keuze 2A, als ik wethouder Menne goed begrijp. Er is
geen mogelijkheid in het voorstel om dat open te laten, wij moeten één van
de twee kiezen en de begrotingspost is aangewezen, we mogen dat niet open
laten.