- 13 -
21 juli 1983
Wij zouden u willen vragen om de komende periode te proberen dat
overleg vorm te geven, want mocht blijken dat dat niet te realiseren zou
zijn, dat er geen afspraken over te maken zouden zijn, dan denk ik dat
een belangrijk deel van onze fraktie toch een andere mening kan gaan
aanhangen dan vanavond.
Heer BOLHUIS: Voorzitter, ik zou een paar dingen graag achter elkaar
behandeld zien. In de eerste plaats is dat de kwestie van al of niet
sluiting van de Beerepoot-hal en in de tweede plaats daarna of daarnaast
de motie Visser. Ik vind namelijk dat het zo langzamerhand twee verschillende
zaken gaan worden, in het ene geval gaat het over al dan niet sluiting van
de hal met het element erbij van de termijn waarop wordt gesloten en in het
andere geval - als ik de motie van de heer Visser goed begrijp - gaat het
over het inpassen van deze bedrijfshal in het bestemmingsplan met het
risico dat de sporthal die wij zo graag willen hebben daarmee wordt door
kruist. We hebben het dus over twee verschillende zaken naar mijn gevoel,
tenzij de heer Visser die motie toch weer anders bedoelt, maar dan hoor
ik dat graag.
Heer VISSER: Leest u hem maar mijnheer Bolhuis.
Heer BOLHUIS: Ja, ik denk dat ik het wel lezen kan, maar je kunt nooit
weten, daarom vraag ik het er even bij. Trouwens er staat nog wel meer in
de interpellatie, er staat bijvoorbeeld ook mijn naam in genoemd en als
u het nu eens nakijkt in de notulen van de commissie A.B.Z. dan zult u zien
dat die woorden niet door mij zijn gesproken die u mij daar in de mond legt.
Maar goed, dat even tussendoor. Er is dus sprake van twee zaken naast
elkaar, de eerste gaat over al dan niet sluiten. Ik heb nu begrepen - en ik
heb dat straks ook verdedigd - waarom men tot sluiting zou moeten overgaan,
ik heb nu begrepen dat een groot deel van de raad het met mij eens is, dat
tot sluiting zou moeten worden overgegaan, zoals het college ook van plan
is op juridische gronden.
Blijft over de vraag - en dat is een andere vraag,die ik in eerste instantie
helemaal niet heb aangeroerd om dat ik eerst graag antwoord van het college
wilde hebben - op welke termijn tot sluiting van de sporthal moet worden
overgegaan.Die vraag is in feite niet beantwoord, alleen heeft de heer Plomp
gezegd:" en toen hebben we 1 augustus geprikt", zo heb ik het tenminste een
beetje gevoeld, "en dat was in overeenstemming met het besluit van het
college en ik heb met de juridisch adviseur van Beerepoot daarover gesproken,
die er op zichzelf geen belang bij had of het 1 augustus of 1 september was
die wilde eigenlijk uitstel tot de bodemuitspraak van de Raad van State"
Nu zou ik het college willen vragen zich nog eens te beraden over die termijn