- 62 - 19 december 1983 komt. Dat kan hij niet toeschuiven naar mensen die in de avonduren in de Sportstichting zitten. Als die zouden betogen dat het niet uitgevoerd hoeft te worden, dan is het een andere zaak, maar ik heb niet de indruk dat dat het geval is. Ik vind dat door deze wijze van beantwoorden het college toch de indruk wekt niet serieus over een, naar onze mening wel degelijk serieus, probleem.van gedachte te willen wisselen. U heeft gezegd, dat door te praten over opheffing van de Sportstichting, de werkgelegenheid van mensen in gevaar gebracht wordt. Wij hebben het daar helemaal niet over gehad, of de taken niet in dezelfde omvang op een andere manier zouden moeten worden uitgevoerd. Wij stellen op dit moment alleen aan de orde hoe het nu komt dat naar onze mening een door de raad vastgestelde bezuiniging niet wordt gerealiseerd. Door met dat soort vragen zó om te gaan, brengtu als college de werkgelegenheid in de Sportstichting in gevaar, want dit werkt een polarisering tussen de raad en het college over de Sportstich ting in de hand, die misschien leidt tot het opheffen of andere strukturen. Terwijl, als in goed overleg zaken, die hier zijn besloten, worden uitgevoerd het mogelijkerwijs niet zover hoeft te komen. Als er iemand straks verantwoordelijk is voor een gebeuren, dat het gevolg is van het, naar onze mening, niet juist uitvoeren van raadsbesluiten, dan staat voor mij niet vast dat de verantwoordelijkheid daarvoor in eerste instantie in de raad moet worden gezocht. Heer VISSER: Samenvattend, mijnheer de voorzitter, hetgeen de heer Van Gelder zegt, heeft dus de wethouder van sportzaken de problemen van de ton nooit op een goede manier ter sprake gebracht in de Sportstichting. Het blijft een kwalijke zaak, dat de één wel moet inleveren en de ander niet. Dan kan de heer Plomp wel zeggen dat die ton de sport toekomt en het kan voor de sport inderdaad een ramp zijn als ze die in moeten leveren, maar het was ook een raiip voor een aantal andere instanties en instellingen in Soest om zoveel geld in te leveren, zodat zij hun werk minder goed kunnen doen De ramp wordt groter, mijnheer Plomp, als u de raadsbesluiten niet uitvoert, want wie moet dan die ton, die u toeschuift naar de sport en wat ik dan een schenking heb genoemd, opbrengen? Dat moeten de anderen dan weer met elkaar opbrengen. Dat is mijn bezwaar. Ik heb destijds voorgesteld om die bezuinigingen anders te doen. Als we de A.T.B. eerder hadden gedaan, dan waren misschien de be zuinigingen helemaal niet nodig geweest voor al die instellingen en instanties terwijl ik ook nog voorstellen heb gedaan om iedereen evenveel te laten be zuinigen met een bepaald percentage, maar daar is de raad niet op ingegaan. Ik neem het de heer Menne toch wel kwalijk dat hij niet ingaat op mijn vraag hoe het nu precies zit aan die kant van het college, die duidelijk in strijd

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1983 | | pagina 485