20 december 1983 staat zeker in het brandpunt van de belangstelling voor wat betreft de be zuinigingen. Ik heb overigens nu wel een indruk meegekregen, hoe de mening van de raad is en ik ben ook wel bereid die mening ook duidelijk in te brengen in het overleg met betrekking tot de bezuinigingen. Mevr. MEIJER: In een advies van de ambtenaren las ik dat het schoolzwemmen ergens niet meer nodig is, omdat de meeste kinderen al een zwemdiploma hebben. Als ik naar 1983 kijk, dan blijkt dat 948 kinderen zwemles hebben en dat 347 kinderen kun zwemdiploma hebben gehaald. Ik denk dat dat in de toekomst steeds meer zal gebeuren, omdat er steeds meer mensen zijn die minder gaan verdienen en dan zal er eerst worden bezuinigd op zwemles van de kinderen. De mensen zullen wachten tot hun kind schoolzwemmen krijgt, zodat het daar z'n diploma kan halen. Ik ben dus tegen het afschaffen van het schoolzwemmen. Mevr. GREEFHQRST: Mijnheer de voorzitter, ik vraag mij langzamerhand af, waarvoor ik hier eigenlijk zit, alles wordt naar A.T.B. geschoven. Tn de commissie is naar de mening van het college gevraagd (vraag 15") en dan bestaat het college het om zo'n antwoord te geven. Nu vraag ik het weer en zegt u: we denken er lang over en we weten het nog niet Langzamerhand bekruipt mij het ongelukkige gevoel dat we hier alleen maar ja mogen zeggen op dingen die we in februari misschien wel eens te horen krijgen. Ik vind dit heel akelig worden. VOORZITTER: U heeft altijd de gelegenheid om in een vergadering als deze een bepaald voorstel te doen of een voorstel te ondersteunen. Ik heb begrepen dat er een voorstel op tafel ligt. MevrGREEFHQRST: We kunnen nu over het schoolzwemmen pas voor het volgend schooljaar beslissen. Het heeft dus geen zin dat ik een voorstel doe. Het zou fijn geweest zijn als het college een voorzet had gegeven, dan hadden de scholen, het bureau en iedereen die erbij betrokken iS, geweten waar we aan toe waren. Heer VAN DEN BRAKEI,: Mi jnheer de voorzitter, we zitten nu weer over iets te praten, waarvan niet zeker is of iedereen de consequenties onder ogen heeft gezien. Het schoolzwemmen wordt voor een groot, gedeelte gefinancierd via het onderwijs aan de Stichting Zwembaden, dus als wij het schoolzwemmen afschaffen, dan wordt het tekort op die begroting natuurlijk automatisch groter. Ik kan het wel met verschillende raadsleden eens zijn, dat een kind best 100 of 200 meter kan lopen uit een zwembad naar school, maar als de kinderen uit Overhees op de fiets of op een andere manier, maar in ieder geval niet beschermd tegen regen, wind of kou vervoerd moeten worden, dan heeft dat consequenties voor de gezondheid van dat kind. U weet hoe kinderen zijn, ze drogen zich niet zo goed af, die gaan met nat haar naar buiten. - 36 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1983 | | pagina 527