7 maart 1983
Heer van GARDEREN: Mijnheer de Voorzitter, het stemt ons tot blijdschap,
dat we namens de SGP/GPV/RPF in deze raad onze visie kunnen geven
op het beleid in onze gemeente. Als we onze visie op het gemeentelijke
beleid geven, dan willen we dat doen met als uitgangspunt Gods Woord.
In de Romeinenbrief, hoofdstuk 13, vers 1 tot en met 7 wordt ons duidelijk
weergegeven, hoe wij de overheid moeten zien. Namelijk als dienaresse Gods
die regeert bij de gratie Gods. Dit houdt in, dat we als gemeentebestuur
een beleid dienen te voeren dat onderworpen is aan de universele Wet van God
en ook getoetst dient te worden aari Gods Woord. En waarom dan?
Omdat dit voortvloeit uit het dienaar zijn van God en we daarop ook Zijn
zegen kunnen verwachten.
Het gemeentebestuur is niet alleen verantwoording schuldig aan God,
ook heeft zij plichten tegenover haar burgers. Zij dient deze te beschermen
en een rechtvaardig beleid te voeren, zodat de rechten en de vrijheden van
de burgers gehandhaafd worden en met hun rechtvaardige wensen en verlangens
rekening gehouden wordt. In dit verband willen we de noodzakelijkheid van
een goed uitgerust en op haar taak berekend politiekorps onderstrepen,
om zo de veiligheid van de burgers, zoveel als in het vermogen ligt, te
waarborgen. Dit betekent niet alleen voldoende mankracht, maar ook goede
huisvesting en een goede relatie met de burgers.
Aan de andere kant zijn we als burger ook verplicht de overheid te
aanvaarden als van God gegeven. Dit houdt in, dat gehoorzaamheid en eer
verschuldigd is aan de overheid.
Mijnheer de voorzitter, ook in Soest dient het gemeentebestuur zulke voor?
waarden te scheppen, dat de zondagsrust in stand blijft en zeker dient zij
geen medewerking te verlenei - in welke vorm dan ook - aan dingen die het
karakter van de zondag aantasten. Aan de begrotingsposten van rekreatie
en sport, veLke aantasting van het karakter van de zondag tot gevolg hebben,
kunnen wij onze stem niet geven.
Mijnheer de voorzitter, het gemeentebestuur is rentmeester. En een rentmeester
behartigt de belangen van degene in wiens dienst hij is. Hij tracht dat
op de manier te doen, waarvan hij verwacht dat het de goedkeuring van zijn
opdrachtgever heeft. Vanuit deze gedachtengang dient de overheid, als
dienaresse Gods, haar taak te vervullen. En vanuit dit standpunt willen
we verschillende taken bezien:
Het financiële beleid:
- De begroting is sluitend door U aangeboden, mede door het verhogen van
belastingen en rechten en door kortingen op de welzijnsuitgaven van
1.321.000,- Juist in deze tijd van neergaande konjunktuur en grote
werkloosheid zou de verhoging van belasting achterwege moeten blijven.