9 maart 1983
mogen zijn bij de behandeling van dat onderdeel en omdat zij pas later
op de middag en de avond kunnen komen, om dan maar vast een stuk van de
algemene dienst te doen. Zoals gebruikelijk behandelen we dit hoofdstuksgewijs,
We gaan, dacht ik, de afspraak hernieuwen die we hebben
gemaakt aan het begin van de begrotingsbehandeling, waarbij we in twee
instanties spreken en ik geef per hoofdstuk de gelegenheid om opmerkingen
te maken en vragen te stellen.
Algemene dienst
Hoofdstuk1 diensten
Hoofd.stuk._T^T lgemeeri_beheer
Heer VISSER: Wat het algemeen beheer betreft, neem ik aan dat ook het funktio-
neren van de raad daarbij hoort?
De VOORZITTER: Ik meen dat dat bij de algemene beschouwingen uitvoerig aan
de orde is geweest, dat ik daar ook op ben ingegaan. Het gaat nu over de
hoofdstuksgewijze behandeling met de begrotingsposten die daarin staan.
Heer VISSER; Het gaat erover wat er maandag gebeurd is, daar wil ik toch
nog wel iets over kwijt. Tk dacht dat dit daar wel een goed hoofdstuk voor was.
De VOORZITTER: Ik wil de orde van de vergadering wel zodanig houden, dat
we niet een herhaling van de zaken van maandag krijgen. Wilt u daar iets
anders nog over zeggen?
Heer VTSSER; Ja, daar wil ik nog iets anders over zeggen.
De VOORZITTER: Ik vraag mij toch af wat de raad daarvan vindt. Gaat de raad
accoord om de heer Visser in zijn algemeenheid daarover het woord nu te
geven? Wat vinden de fraktievoorzitters daarvan?
Heer VERHEUS: Mijnheer de voorzitter, u zegt al, er is maandag voldoende
gelegenheid voor geweest. Ik weet niet of de heer Visser aan de hand van
datgene wat er maandag gezegd is nog hele nieuwe gezichtspunten naar voren
wil brengen, dat kan ik niet beoordelen.Als het hele nieuwe zaken zijn,
waarvan de heer Visser vindt dat hij daartoe maandag niet in de gelegenheid
is geweest, ga ik accoord.
Heer ONDERDELTNDEN: Dat standpunt nemen wij ook in mijnheer de voorzitter.
VOORZITTER: Dan geef ik de heer Visser het woord.
Heer VISSER: Het gaat over het feit, dat ik maandag volgens alle regels
van het reglement voor de raadsagenda een motie heb ingediend, die
voldoende werd ondersteund. U hebt daarop gezegd dat die dan ook in
bespreking kon komen, waarna het vreemde feit gebeurde dat na de schorsing
u gewoon stelde: wij nemen het niet in behandeling.
