- 12 -
26 januari 1984
stichting en de elementen die eraan toegevoegd zijn, het beste om alvorens
de diskussie gewoon zijn weg te laten gaan die hij behoort te gaan in deze
raad, de gemeentesecretaris als adviseur aan deze raad de gelegenheid te
geven om ons uit te leggen hoe de ambtelijk/technische kant van de zaak in
elkaar steekt, opdat er zo min mogelijk misverstanden ontstaan.
Heer VAN DEN BRAKEL: Mijnheer de voorzitter, ik weet niet wat er nu gaat
gebeuren, ik heb dit namelijk in deze raad nog nooit meegemaakt. Ik krijg
nu de indruk dat het college van mening is, dat wij als gemeenteraadsleden
onze stukken niet lezen, dat wij met de materie niet op de hoogte zijn en
dat, om vergissingen te voorkomen, de secretaris ingeschakeld moet worden.
Ik dacht dat al onze raadsleden voldoende ingelicht zijn. Wij hebben in
eerste instantie een raadsvoorstel gekregen, dat na opmerkingen in de
financiële commissie is bijgestuurd. Dat is dinsdagavond in de Sportstichting
behandeld en nu is de brief van de Sportstichting er dus bijgekomen en ik
had willen vragen of die brief bij het betreffende raadsvoorstel meegenomen
zou kunnen worden. Maar of wij op dit moment, om vergissingen te voorkomen,
een uitleg van de secretaris nodig hebben, dat betwijfel ik.
VOORZITTER: Het is natuurlijk wel zo, mijnheer van den Brakeldat u er
wat beter inzit dan de meeste raadsleden. Ik kan mij voorstellen, dat raads
leden die deze brief pas in de loop van de middag hebben gezien wel wat
vragen hebben alvorens ze zich verder in het debat willen mengen. Dat was
eigenlijk de reden waarom we voorgesteld hebben om het zo te doen. Het is
uitzonderlijk, dat geef ik toe, maar het leek ons verstandig, gelet op de
situatie om zo min mogelijk een verkeerde start van de diskussie te krijgen.
Heer KRUITWAGEN: Voorzitter, het is iedereen in deze gemeenteraad bekend, dat
er al vele jaren een verzoek op tafel ligt om medewerking te verlenen voor
de aanleg van een atletiekaccommodatieHet is ook bekend, dat gebrek aan
financiële middelen het u nog altijd in de weg heeft gestaan om deze mede
werking te verlenen. Er is geen geld voor de aanleg en ook niet voor het
onderhoud van zo'n accommodatie. Het bestuur van de betreffende atletiek
vereniging heeft nu het plan opgevat om zelf een eenvoudige, bescheiden
accommodatie aan te leggen en te onderhouden en die vraagt nu hiervoor uw
medewerking. Gezien de hele geschiedenis van deze aangelegenheid, denk ik,
dat er voor u toch aanleiding is om die Medewerking, zo enigszins mogelijk,
graag te willen verlenen. Eigenlijk is nu aan de orde de vraag: hoe doen we
dat nu? Welke constructie kiezen we daarvoor? In beginsel zijn er twee
mogelijkheden. De eerste mogelijkheid wordt van de zijde van de Sportstichting
geadviseerd, n.1. om de grond aan de Sportstichting beschikbaar te stellen,
in beheer te geven, de vereniging legt dan de accommodatie aan en onderhoudt