- 25 - 26 januari 1984 taak en plaats zien, kan er een positief welzijnsbeleid worden gevoerd. Heer BOLHUIS: Voorzitter, de dekking van de verschuldigde bijdrage aan de Kinderboerderij uit de saldireserve wordt gemotiveerd met het feit dat de subsidie aan de Kinderboerderij deze keer voor de allerlaatste keer zal worden gegeven. Ik ben daarvan niet overtuigd, mitsdien ben ik er ook tegen dit te dekken uit de saldireserve. De post onvoorzien kent tweeërlei: de gewone post voor onvoorziene uitgaven en de zogenaamde werkhypothese, de gewone post is uitgeput, de werkhypothese is er nog en ik stel dus voor om het bedrag te dekken uit de post onvoorziene ui tgaven Heer VAN GELDER: Voorzitter, ik stel voor om de post onvoorzien te ver lagen met het bedrag voor de Kinderboerderij en voor de Kinderboerderij weer een post te openen in de begroting, op de normale plaats. De reden daarvoor is, dat het opheffen van de Kinderboerderij, het terugdraaien van de subsidiedoor de 2aad van State terug is gedraaid. We moeten in onderhandeling met de Kinderboerderij over wat er verder moet gaan ge beuren. Dat betekent, dat het ook écht moet worden teruggedraaid. Dat is op een fatsoenlijke manier omgaan met instellingen en met mensen. We herstellen het, we nemen het normaal weer op in de begroting en vanaf dat punt wordt er gesproken wat er moet gaan gebeuren. Dat is een juiste interpretatie van het besluit van de Raad van State. Daarom vind ik dat we het op deze manier moeten oplossen en zeker niet als een soort eenmalige subsidie uit de saldireserve en ook niet als een onderdeel van de post onvoorzien Heer VISSER: Ik sluit mij daarbij aan, mijnheer de voorzitter, ten aanzien van de Kinderboerderij, ook ik vind dat als deze raad de Kinderboerderij wil opheffen, ze het dan snel moet zeggen. Ik ben daar geen voorstander van, gezien alle problemen in Soest ten aanzien van kinderen. Verder wil ik opmerken, dat ten aanzien van punt 20 Stichting Dorpshuis Soesterberg, waar wij voor 1984 40.000,= beschikbaar stellen, ik moet constateren, volgens de pers, dat dat dorpshuis langzamerhand helemaal niet meer funktioneert als echt dorpshuis, wat het interimbes tuur kan beschouwen als een motie van wantrouwen van mijn kant. Ik vind dat voor die 40.000,= het werk van het Dorpshuis Soesterberg gewoon moet doorgaan zoals het altijd is gegaan, temeer daar het veel meer is dan in 1983. Ik begrijp niet, dat dat dorpshuis op deze manier niet meer goed funktio neert V00RZITTEROm misverstanden te vermijden: het is juist als er gesteld wordt, dat de Raad van State het besluit heeft geschorst. Dat betekent

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1984 | | pagina 26