- 37 -
17 december 1984
werken concrete plannen aanwezig zijn en bij de secretarie zal ook- als dat
tenminste in het college wordt aangenomen - een uitbreiding van het aantal
uren plaatsvinden. Voor een deel aal dit kunnen gebeuren in het kader van
de herbezetting en dan ben ik tevens aan een punt dat met name door de heer
Pothuizen naar voren is gebracht, die zegt dat de herbezettingsgelden 1983
in de algemene middelen zijn verdwenen. Ik vestig er de aandacht op, dat de
herbezettingsgelden voor het nieuwe jaar zijn gereserveerd en dat die be
stemming van 1983 pas in de loop van 1984 bekend is geworden en toen reeds
in de algemene middelen was opgegaan. Verder vestig ik er de aandacht op,
dat de bestemming van deze herbezettingsgelden uiteraard in overleg met
het georganiseerd overleg zal moeten plaatsvinden. In verband met enkele
suggesties die in deze richting zijn gedaan, vestig ik er de aandacht op
dat deze herbezettingsgelden niet extern zullen mogen worden gebruikt, zo
dat de bestemming voor externe adviezen of voor kleuterleidsters, peuter
speelzaalleidsters in principe niet is toegestaan.
VOORZITTERDan zal ik graag mijn deel beantwoorden en dan begin ik -dat zal
u niet verbazen- met het politiebureau. Laat ik voorop stellen dat ik ge
constateerd heb en met mij het hele college, dat de hele raad de urgentie
van nieuwbouw heeft erkend en dat het een algemene wens is om zo spoedig
mogelijk tot nieuwbouw te geraken. Ik wil daarbij opmerken dat, als het
gaat om een gemeentelijk gebouw waar een beslissing over moet worden genomen,
we dan niet nerveus moeten worden, maar dat we constructief met elkaar
moeten overleggen om gezamenlijk tot het goede besluit te komen. Het beleid
dat tot nu toe is gevoerd, en met name na de ontvangst van de brief van de
Minister van Binnenlandse Zaken, is eensgezind collegebeleid en komt steeds
tot stand in zorgvuldig overleg. Wij menen, met name gelet op het belang van
deze zaak, een aanpak te moeten kiezen, in feite fase-gewijs. Na de brief
eerst wachten tot wij de behandeling konden laten samenvallen met de be
handeling van de begroting en het meerjarenschemaopdat een goede afweging
kan plaatsvinden tegenover de andere projekten, daarbij is een notitie
gemaakt die nog geen keuze bevatte en geen definitief voorstel, maar waar
bij gedachten op tafel werden gelegd en mogelijkheden, om in alle rust een
keuze te kunnen doen. De bespreking in a.b.z. en financiën vond ik persoon
lijk een goede, uiteraard zijn er verschillende meningen geconstateerd, maar
er is toch duidelijk constructief overlegd. Er zijn uit die commissiever
gaderingen drie opdrachten naar ons toegegaan om op korte termijn te vol
voeren; uit de notulen van de commissievergaderingen blijken die, namelijk
dat er overwogen zou worden een aanvulling als vernoemd aan de meerjaren
raming toe te voegen en tijdig aan u toe te zenden, ten tweede een nadere