- 31 -
26 januari 1984
11.
duidelijk gezegd dat het een eenmalige beslissing moet zijn om het op
deze manier te doen en dat de verdere gang van zaken moet zijn zoals
die hoort te zijn om verantwoord te kunnen beslissen. Of dat betekent
de Kinderboerderij sluiten, of de Kinderboerderij open laten, dat is op
dit moment feitelijk niet aan de orde.
Wethouder MENNE: Voorzitter, ik begrijp de heer Bolhuis niet. Hij zegt
dat hij zo ook een sluitende begroting kan maken door het spaarpotje aan
te spreken. Ik zeg ook dat het bij wijze van uitzondering is, het is een
situatie die duidelijk verschilt van de normale gang van zaken. De heer
Kingma heeft al gezegd dat de Raad van State dat nu opgehouden heeft, maar
de wens van de raad in meerderheid ligt er nog. Het is een demokratisch
besluit dat genomen is, dus ik zit nog op de lijn die de raad heeft aan
gegeven
VOORZITTER: Ik constateer dat de diskussie in tweede instantie is gevoerd,
dat er een suggestie Bolhuis op tafel ligt, gesteund door mevr. Blommers en
ik neem aan dat die suggestie in een voorstel wordt omgezet. Het lijkt mij
het duidelijkst als we dat voorstel dan in stemming brengen.
Heer VAN GELDER: Betekent dat opnemen in de post onvoorzien0
VOORZITTER: In plaats van de betaling te dekken uit de saldi reservedit
te doen uit de post onvoorzien, ja.
Heer VAN GELDER: Ik zou het voorstel in willen dienen om de post Kinder
boerderij te rehabiliteren en daarmee de post onvoorzien te verlagen.
Heer BOLHUIS: Voorzitter, ik denk dat dat in februari aan de orde komt.
VOORZITTER: Daarom. Dan blijft aan de orde nu het voorstel Bolhuis/Blommers
De hele raad, behalve het college is vóór dit voorstel en het voorstel is
derhalve aangenomen.
Dan is nu aan de orde het voorstel zoals het er verder ligt.
Heer EBBERSIk wil geacht worden tegen te hebben gestemd omdat ik het met
de motivering van de wethouder niet eens ben, ten aanzien van het onderdeel
Federatieve Raad.
VOORZITTER: Ik neem aan dat de raad verder achter dit voorstel staat.
Het voorstel wordt aangenomen.
Voorstel tot wijziging subsidie-grondslag Stichting Peuterspeelzalen Soest.
Heer VAN GARDEREN: Mijnheer de voorzitter, met deze subsidie hebben wij
grote moeite, want de overheid neemt in wezen een taak op zich, die in het
gezin ligt. Ik dacht dat het juist een voldoening geeft aan de moeder om
het kind te verzorgen en aan de vader ook natuurlijk, vooral in de eerste
jaren. Wij zien deze peuterspeelzalen beslist niet als een eerste levens
behoefte. Er zullen hierop zeker uitzonderingen zijn, dat zullen we niet