- 46 -
17 december 1984
hoofdlijnen van het welzijnsbeleid met geen enkel woord wordt gerept over
de aangevoerde één beroepskracht per accommodatie en deze formule staat
ook niet in de subsidieverordening. Onze fraktie neemt van dit idee afstand
en wij hopen dat andere frakties hier ook zo over denken. Iedere instelling
- en dit is voor ons de belangrijkste regel geweest - stelt zelf vast hoe
de opgelegde bezuinigingen ingevuld moeten worden. Mijnheer de voorzitter,
graag zou ik nu de posten in het voorstel langsgaan om te kijken in hoeverre
onze fraktie hiermee kan instemmen. Het voorstel is in 3 categorieën verdeeld
Met de onder I genoemde bezuinigingen a. t/m d. en h., kunnen wij wel instemmen
Bij h. staat 8.000,= dat is eigenlijk een verhoogde rijksbijdrage, wij
willen dat eerlijkheidshalve eigenlijk niet als bezuiniging bestempelen, maar
natuurlijk als een meevaller. Onder II. komen we bij de Stichting Jeugdzorg,
daar is al het nodige over gezegd en zoals het voorstel hier onder e. is ge
formuleerd, kan mijn fraktie hierin niet meegaan. Ik vind het wel jammer,
want er is toch wel een intensief overleg geweest tussen de wethouder en de
stichting en ik had zelfs het idee dat men toch zeer dicht bij elkaar ge
komen is. Daarom wil ik, om deze kleine afstand te overbruggen, een voorstel
doen. Dat voorstel houdt in, dat de Stichting Jeugdzorg een bezuinigingsbe
drag in 1985 zal aandragen van 36.000,= en evenzo in 1986 een bedrag van
36.000,= Als de subsidiabele formatieplaatsen van de stichting terug ge
bracht worden van 4 naar 3| is men daar content mee, dat moet dan wel gelden
voor de jaren 1985 en 1986. Ik hoop dat dit voorstel wordt overgenomen, want
het overleg met de Stichting Jeugdzorg is al zover gevorderd, dat ik hoop
een meerderheid in de raad voor dit voorstel te verkrijgen. Met f. gaat
onze fraktie akkoord. Onder g. hebben we de Regionale Muziekschool, die heeft
zelf al aangedragen; in plaats van 35.000,= naar 38.776,= Ook omdat we
zoveel waarde hechten aan het overleg en eigen voorstellen van de stichtingen
kunnen wij hiermee akkoord gaan. Onder i. vinden we de zaalhuursubsidies, ook
daar willen wij van zeggen, evenals de VVD, als er een piep-effekt ontstaat
in 1985, dan mogen de instellingen van ons weer heel snel aan de bel trekken
om een bijdrage voor de zaalhuur. Onder k. gaat het om de peuterspeelzalen.
Voorzitter, er wordt wel eens gedacht dat het CDA niet zo voor peuterspeel
zalen zou zijn, maar dat is niet helemaal waar. De hoofdzaak is, dat wij
huiverig zijn voor het grootgroeien van de Stichting Peuterspeelzalen.
Peuterspeelzalen zijn in onze ogen maar ten dele een taak van de plaatselijke
overheid. Wij vinden dat in het rijtje instellingen die bezuinigingen aan
dragen, ook de peuterspeelzalen een bijdrage dienen te leveren en daarom
conformeren wij ons met wat in het voorstel staat, een bedrag van 15.000,=
voor 1986. Wij vinden dat de eigen bijdragen van deze stichting best wat
omhoog kunnen, die hoeft maar 3.50 per maand verhoogd te worden.