- 35 -
13 juni 1985
tie bij hele grote rampen in oorlogstijd enz. in het hele land moeten kunnen
optreden. Bij de BB als zodanig is die mogelijkheid dus niet aanwezig.
Bij de vervanging gaat het natuurlijk niet om het aantal jaren afschrij
ving, maar om de technische staat van de auto's. Die is zodanig dat ze
dermate faalgevoelig zijn geworden dat het niet meer verantwoord is om daar
mee door te gaan. Daarbij speelt ook een rol wat mijnheer Visser zei, ze
worden steeds gerepareerd zolang je ze nog nodig hebt, maar als ze steeds
langer in de garage moeten blijven zijn ze dus minder inzetbaar en dan
kunnen daar consequenties uit voortvloeien.
In uw reaktie in eerste instantie heeft u met name de nadruk gelegd op de
kwestie van het nader overleg over de totaliteit. Aan uw voorstel om een
onafhankelijk deskundige in te schakelen zitten nogal wat bezwaren, maar
daar wil u ook over praten, heb ik begrepen. Dat overleg kan zo spoedig
mogelijk na de vakantie plaatsvinden.
Waar ik aan vasthoud, omdat ik dat echt belangrijk vind, ook naar de vrij
willigers toe en wat ook de einddiskussie moge zijn van die totaal-organi
satie, al zou je hem wijzigen, is dat een dergelijke auto zoals nu wordt
voorgesteld altijd nodig zal zijn, welke organisatie je ook neemt. Het is
daarom volstrekt verantwoord om althans die ene auto vast nu te bestellen.
Ik zou het toch wel zeer betreuren als die beslissing niet genomen kon
worden
Wethouder MENNE: Voorzitter, ik wil nog een kanttekening plaatsen bij wat
mijnheer Krijger naar voren heeft gebracht. Is het de bedoeling dat bij die
bespreking over die langere termijn, waarbij geen plotselinge veranderingen
of wendingen meer mogelijk zijn, dat we voor die ene sektor brandweer in
de meerjarenraming vastleggen wat er gedurende die meerdere jaren aan in
vesteringen zal worden gepleegd? Dat betekent namelijk toch dat één sektor
vastgepind wordt. Daar heeft u motieven voor, maar ook andere sektoren
hebben motieven om hun investeringen in de respectievelijke jaren vast te
pinnen. Ik zou daar toch wel een kritische kanttekening bij willen plaatsen
als dat de bedoeling is, ik ben daar nu niet direkt voor. Ten opzichte van
de andere sektoren zou dat een discriminatoir karakter krijgen.
Heer KRIJGER: Je kunt ook positief discrimineren, ik vind dat op een gegeven
moment een bepaalde sektor, als we daar inhoudelijk goed over gesproken
hebben in een commissievergadering, bepaalde consequenties mee kan krijgen.
Wethouder MENNE: Die zullen dan altijd, bij de afweging over de hele linie,
een rol moeten spelen. Maar meer niet.
VOORZITTER: Mag ik die diskussie even laten voor wat het is, als u het goed
vindt, want we waren aan besluitvorming toe en ik constateerde dat er dus
toch nog vragen zijn van uw kant over de noodzakelijkheid van de vervanging.