- 18 -
24 oktober 1985
schapsraad waarvan u op de hoogte bent. Deze stellen zich namens het school
team en de sollicitatiecommissie, althans sprekend als lid, achter het college
voorstel. Ik verzoek de heren Bolhuis en Van den Brakel wederom met mij het
stembureau te willen vormen.
Met 24 stemmen voor en 2 blanco stemmen wordt mevrouw A. Broertjes benoemd.
12. Voorstel tot het benoemen van een direkteur aan de openbare school voor
Middelbaar Algemene Voortgezet Onderwijs.
Met algemene stemmen wordt de heer J.W. de Gruijl benoemd.
13. Voorstel tot wijziging van de officiële naam van de openbare lagere Prins
Willem-Alexanderschool en de openbare kleuterschool De Nachtegaal.
Heer VERHEUS: Voorzitter, gaat die school nu "De Prins Willem-Alexanderschool
heten of "Prins Willem-Alexanderschool"
Wethouder MENNE: Zonder lidwoord. Dat staat niet correct vermeld in het voor
stel
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
14. Voorstel tot vaststelling van de kosten ter uitvoering van het programma
alfabetisering en educatieve aktiviteiten culturele minderheden over het jaar
1984.
Mevr. MEIJER: Voorzitter, er staat: deze kosten zijn gebleven beneden het
bedrag waarvoor rijksbijdragen zijn toegezegd. Dat verbaast ons toch wel in
hoge mate. Wij krijgen geld van het rijk en die worden niet voor de volle
100% besteed. Ik denk dat het geld zeker in deze sektor ontzettend hard nodig
is. Voor het geld dat nu teruggestort wordt, zouden hele goede cursussen ge
geven kunnen worden. In de toekomst zou dat niet meer mogen gebeuren.
Wethouder MENNE: Voorzitter, in de commissie hebben we hier ook over gespro
ken. Er wordt geen geld teruggestuurd. We hebben aanvankelijk een programma
en dat zou een bepaald bedrag kosten. De aktiviteiten zijn wel doorgegaan,
maar voor minder kosten. Dit moet eerst worden vastgesteld door de gemeente
raad en daarna komt de minister met zijn geld. Het is dus niet zo dat we
geld hadden dat we nu terug moeten sturen. We moeten op elk terrein voor
zichtig zijn met het uitgeven van geld en daar waar het niet nodig is, moeten
we het ook niet doen. De aktiviteiten die in het programma zaten zijn wel
degelijk uitgevoerd, alleen met minder kosten dan geraamd was.
Mevr. MEIJER: Dan vraag ik mij toch af of het rijk niet meer betaald had als
u meer had opgegeven. U had het programma toch ook uit kunnen breiden?
Wethouder MENNE: We hadden een bepaald programma en die aktiviteiten zijn
uitgevoerd. De kosten zijn echter meegevallen. Overigens zijn de aktiviteiten
op het gebied van alfabetisering en educatieve aktiviteiten, zoals die
plaatshebben in onze gemeente, een voorbeeld voor verschillende andere ge
meenten. Door de Provincie wordt dit ook hoog aangeslagen, men komt hier