- 12 -
28 februari 1986
Heer VISSER: In de commissie is hoogstens de mededeling gedaan dat u die
brief had verzonden en dat u voorstander bent van eenhoofdige leiding, maar
een inhoudelijke diskussie is er nooit gevoerd, die ontstond pas toen het
besluit moest vallen. Het is ook niet zo'n slechte eigenschap om op een
standpunt terug te komen, zelfs de minister deed dat toen hij met de mensen
gesproken had uit het onderwijsveld. Daar kun je gehoor aan geven en dat is
ook de intentie van mijn motie. Het is teleurstellend dat mijnheer Van Gelder
daar geen begrip voor heeft, want hij vergelijkt het met een bedrijf. Een
school werkt natuurlijk heel anders, het gaat om kinderen die les moeten
krijgen. Als er een tweehoofdige leiding is, waarvan één een vrouw, dan is
het voor een moeder die over de kinderen wil praten ook veel makkelijker
om contact te leggen, als er een vrouw bij die leiding hoort.
Wethouder MENNE: Dit weerspreek ik, dit is discriminatoir wat u nu zegt.
Heer VISSER: Mijnheer de voorzitter, ik hoop dat er toch meer mensen zijn
die begrijpen waar het om gaat. De mensen die het niet weten, zouden zich
eens moeten verdiepen in het reilen en zeilen van de scholen.
Ik handhaaf mijn voorstel.
Heer VAN DER KLINK: In het verleden hebben we er geruime tijd aan gewerkt om
de Margrietschool weer nieuw leven in te blazen, dat is helaas niet gelukt.
U heeft gelijk als u zegt dat het gevaarlijk is om te wachten tot het fout
gaat, omdat je het misschien niet kunt herstellen zoals bij de Margrietschool.
Het is misschien niet zo'n goed voorbeeld, want u zou ook kunnen zeggen dat
de Margrietschool kapot gegaan is aan het feit dat er een eenhoofdige leiding
was. Dat zou juist een argument kunnen zijn om met een meerhoofdige leiding
te werken, want wat dan de één laat vallen, kan de ander opvangen, dat heeft
dan geen gevolgen voor de hele school.
Mevr. MEIJER: We moeten zeker kijken naar het kind, daar zijn mijn argumenten
ook op geënt. Uw argumenten zijn allemaal van organisatorische aard en het
zijn allemaal veronderstellingen. We hebben principiële uitspraken gedaan,
maar wat heb je aan een uitspraak als de wet anders beslist? De minister heeft
nu gezegd dat er een tweehoofdige schoolleiding mag zijn, er is dus een andere
situatie ontstaan. De brieven van de medezeggenschapsraad zijn inderdaad
allemaal standaardbrieven, maar dat komt ook omdat er eigenlijk al beslist
was dat er een eenhoofdige schoolleiding zou komen. De hele procedure zou
opnieuw gestart moeten worden, omdat de situatie nu heel anders is. We
zouden het nog een keer moeten bespreken. Als we nu zouden beslissen voor
één direkteur, bevorderen we ook de deeltijdarbeid niet. Het blijft onbe
vredigend en daarom zou ik u willen aanraden om het voorstel nog een maand
aan te houden om het nog eens in de commissie en met de scholen te bespreken.