19 juni 1986
- 35 -
kunt zitten. We zouden graag willen dat er zo snel mogelijk in de commissie
welzijn en in de commissie financiën een inhoudelijk plan en een financieel
plan komt wat er nu met het Dorpshuis moet gaan gebeuren.
Heer MEILOF: Voorzitter, wij vinden het erg belangrijk dat er nieuwe dingen
op poten gezet worden, dat er hier opnieuw de zaak bekeken wordt. Ik kan
mij niet zo boos maken omdat ik de geschiedenis niet ken. Wat mij wel erg
belangrijk lijkt als je zo'n geschiedenis achter de rug hebt, dat je in
het voorstel inbouwt een aantal gegevens waardoor herhaling voorkomen kan
worden. Er kunnen, als er een bestuur gezocht gaat worden voor het komende
jaar en er wordt een plan door een werkgroep gemaakt, een aantal variaties
aangedragen worden. Ik denk dat ik hiermee enigszins aansluit bij wat door
het CDA is gezegd. Laat er een aantal variaties komen van voorstellen waar
dat bestuur zich in kan vinden, met meerkosten en minderkosten. Als het
bestuur zich daarin kan vinden, dan denk ik dat er zeker wel een variatie
bij zal zijn waar ook de raad zich in kan vinden. Ik denk dat er dan ook
gewerkt kan worden. Als we met een eenduidig voorstel komen waar dit te
benoemen bestuur mee moet werken en dat wordt weer door de raad afgewezen,
dan zitten we weer op een verkeerd punt. Er moet een A, B, en C voorstel
komen van het comité dat zich hiermee bezig gaat houden.
Wethouder KINGMA: Voorzitter, ik denk dat het goed is om te proberen de
grootst mogelijke duidelijkheid te geven die maar gegeven kan worden op
dit moment ten aanzien van dit voorstel. Duidelijk is dat het een procedure
heeft doorlopen die niet normaal is. De oorzaak daarvan .is gelegen in het
feit dat een bestuur van een dorpshuis niet zonder een bestuur kan. De
statuten geven duidelijk aan dat drie van de vijf bestuursleden door de
raad benoemd moeten worden. De volgende raad is eind augustus, dus de noodzaak
was aanwezig om het op deze wijze te doen. Dat gaf allerlei complicaties.
Er is niet over elke punt en komma uitgebreid gesproken, laat staan kan
worden gesproken. Dat is vervelend, maar het zij zo. Ik wil nog op een
aantal opmerkingen van uw kant ingaan. Eerst over de situatie rond het
oude bestuur, waar een aantal opmerkingen over zijn gemaakt in waarderende
zin. Ik kan niets anders zeggen dat wat ik ook tegen dat oude bestuur heb
gezegd, namelijk dat er van de kant van het college, van het gemeentebestuur
een zeer duidelijke waardering is voor het werk dat het bestuur in de afge
lopen paar jaar heeft gedaan. Ook de brief van eind mei heeft mij bijzonder
teleurgesteld vanwege het feit dat het bestuur uiteindelijk toch zei: we
stappen op! Vooral ook omdat ik de indruk had dat in een open gesprek in
mei in laatste instantie alle punten die in het verleden aanleiding gaven
tot wrevel nog eens de revue zijn gepasseerd. Bovendien zijn aan de hand
van een aantal vragen, c.q. suggesties van de kant van het bestuur de
zaken duidelijk doorgesproken. Van de kant van het gemeentebestuur is dui
delijk getracht op positieve wijze in te spelen op die suggesties door
daar zoveel mogelijk duidelijke afspraken over te maken. In dat opzicht
kan ik blijven bij de opmerkingen die ik moest maken in de vorige commissie
welzijn toen ik net voor de commissievergadering merkte dat het bestuur
inderdaad opstapte, dat mij dat verschrikkelijk verraste, ondanks de opmer
kingen die de heer Krijger daarover heeft gemaakt. Ik vind het verschrikkelijk
triest dat het gebeurd is, maar dat is nakaarten. Vandaar dat ik denk dat
we beter vooruit kunnen kijken hierna. Eén ding nog, de heer Baks heeft
een opmerking gemaakt over een krantebericht waarin gesproken wordt over
een kort geding. Dat is niet zo, er werd niet gesproken over een kort geding.
Ik heb een kort telefonisch gesprek gehad met een van de bestuursleden
op het moment dat hij duidelijk maakte dat per 1 juni de sleutels ingeleverd
zouden worden. Ik meende dat het juist was om een bestuur dat stante pede
opstapte en de instantie die in dit verband zou moeten proberen te zorgen
dat er nieuwe bestuursleden kwamen feitelijk in een onmogelijke situatie
