- 6
20 maart 1986
Er moeten twee leden en twee plaatsvervangende leden worden gekozen, u kunt
dus niet kiezen tussen de namen die vermeld staan, beiden dienen gekozen te
worden, of andere namen indien u dat wenst.
U krijgt verder nog een blanco briefje, waar u de naam van de voorzitter kunt
invullen die u ook moet benoemen. Voorgesteld wordt de heer Zeegers.
Heer NIEUWENHUIJZEN: Voor de taakgroep algemene aspekten van het milieu
zijn 22 stemmen uitgebracht op de heer Uiterwijk, 25 op de heer Wolthuis,
en 2 op de heer Jansen; plaatsvervangende leden: 21 stemmen op de heer Jansen,
24 op de heer Bots, 1 op mevrouw Kingma, 1 op mevrouw Thomassen, 1 op de heer
Gerth en 1 op de heer Uiterwijk.
Voor de taakgroep sociaal-cultureel werk zijn 25 stemmen uitgebracht op de
heer Hoogstraten, 23 op de heer Huiser; plaatsvervangende leden: 23 stemmen op
mevrouw Adelerhof, 22 op de heer Faasse, 1 op de heer Van der Schoot en 1 op
de heer Bolhuis.
Voor de taakgroep gezondheidszorg zijn 26 stemmen uitgebracht op de heer
Bavinck, 24 op de heer De Klerk, 1 op de heer De Lange; plaatsvervangende
leden: 24 stemmen op de heer De Cloo, de heer De Kanter krijgt eveneens 24
s temmen
Voor de taakgroep bestuur en educatie zijn 24 stemmen uitgebracht op mevrouw
Burger, 25 op de heer Van de Eijnden; plaatsvervangende leden: 19 stemmen op
de heer Dienaar, 22 op de heer Dooremaal, 1 op de heer Bolhuis en 1 op de
heer Van Brummelen.
Voor de voorzitter zijn 23 stemmen uitgebracht op de heer Zeegers, 2 op de
heer Van Garderen, er is 1 ongeldige stem en 1 blanco stem uitgebracht.
VOORZITTER: Ik constateer dat de voorgestelde kandidaten zijn benoemd.
5. Voorstel tot het vaststellen van de behoefteraming 1987 tot en met 1990 voor
de stads- en dorpsvernieuwingsaktiviteiten, alsmede tot het wijzigen van de
subsidieverordening stads- en dorpsvernieuwing.
6. Voorstel tot het indienen van bezwaren tegen het ontwerp-streekplan Utrecht.
De voorstellen 5 en 6 worden achtereenvolgens zonder diskussie en zonder
hoofdelijke stemming aangenomen.
7. Voorstel tot het wijzigen van de Algemene Verordening Soest (7e wijziging).
Heer VERHEUS: Voorzitter, tegen de voorgestelde wijziging heb ik op zich geen
bezwaren, maar ik wil het voorstel als kapstok gebruiken. We kunnen deze
verordening nu nog wel zes of zeven keer wijzigen, maar ik zou er toch op
willen aandringen dat er voor wat betreft de artikelen die erin staan en
waar bepaalde sancties voor gelden, ook op de naleving wordt gecontroleerd.
Heer EBBERS: Voorzitter, ik wil mij daarbij aansluiten, met name met betrekki
tot het crossen. Aan de controle daarop moet wel wat worden gedaan, anders
heeft het instellen van een dergelijke verordening geen enkele zin.
- 7
de
He
st
ap
vo
We
ov
he
ti
he
He
VC
g€
14.
Vc
or
15.
Vc
10.
11.
12.
13.
Hee
voc
bil
mer
VOC
bes
ei{
is
voc
He'
Voc
kr\
Voc
bri
Voc
tr
Vo
re
Vo
ve
De
zo
Vo