25 juni 1987
- 25 -
de wat actuelere situatie dat groter niet automatisch beter betekent. Het
is lang gedacht, maar achterhaald. Een juist zicht op de omvang van de
eigen activiteiten, de zorg die daaraan kan worden besteed, het klantgericht
werken nog voor er sprake was van herstructurering, kan betekenen dat de
uitgangspunten van de reorganisatie -het klantgericht werken, het efficënt
werken- al waren bereikt. In het voorstel schrijft u dat er naar uw mening
geen formele belemmeringen zijn om het personeel van de stichtingen te
integreren in sector II. U zou gelijk kunnen hebben als u al in overleg
bent gekomen tot een overdracht van activiteiten van de stichtingen en
van het personeel. De uitkomst van dat overleg is mij niet bekend, ik denk
dat het er ook niet is. Immers, een stichting moet worden aangemerkt -dat
hebben we zelf zo gewild indertijd- als een particuliere werkgever die
op basis van een overeenkomst wel een bepaald pakket arbeidsvoorwaarden,
een rechtspositieregeling kan hanteren. Maar de werknemers zijn werknemers
van de stichting, dus formele en ook materiële werkgever. Heeft u al voor
ogen op welk moment die werknemers met een aanstelling in dienst van de
gemeente akkoord "moeten" gaan? In het voorstel wordt genoemd dat de bestuurs
structuur niet automatisch betekent dat personeel niet in sector II geplaatst
kan worden. Voor deze halve waarheid zou ik graag de hele waarheid willen
horen. Ik denk dat die waarheid dan ook voor de heer Van Gelder zal kunnen
gelden. Meent het college zonder overeenstemming, dus tegen de wil in,
van een formele werkgever de medewerkers van de sport zonder meer als ambtenaar
in te lijven? Ik gebruik dat woord inlijven bewust, in 1987 zijn wernemers
geen baaltjes meel die je van het ene kastje in het andere kastje kunt leg
gen. In het gebruikelijke overleg tussen werknemers en werkgevers -gebruikelijk
zoals ik gewend ben in het normale particuliere bedrijfsleven- is dat onmogelijk.
De lokale overheid is geen wetgever en zal zich dus ook dienen te houden
aan de gewone verbintenissen. Ik wil daar graag een antwoord op. Een wetgever
kan bepaalde zaken veranderen, wij kunnen dat niet, wij hebben ons te houden
aan de geldende wetten. Ik neem aan dat de heer Van Logtenstein dat heeft
bevestigd enige tijd terug in de commissie bedrijven en dat hij zich daar
aan wil houden. Daaraan wil ik toevoegen dat volgens uw schrijven van
24 juni j.1. u de mening bent toegedaan dat ambtelijke organisatie en bestuurs
structuur niet gekoppeld moeten worden. Ik wil van u vernemen dat u zich
daarin vergist hebt, omdat -als ik de strekking van het voorstel dat hier
aan de orde had moeten komen en een paar nummers verder staat goed heb
onthouden- de strekking daarvan wil zeggen dat alleen principebesluiten
worden genomen. Dan is het het een of het ander: het is een principebesluit
of het is een definitief besluit. U kunt op dit moment de werkgeversrol
niet afnemen van een stichting -principebesluiten zijn niet onherroepelijk-
want een gemeenteraadscommissie kan geen werkgever zijn. Nu integreren van
het personeel, zonder overeenkomst met de werknemers individueel en hun
formele en materiële werkgever, grijpt dus wel degelijk in op de bestuurs
structuur en de mogelijkheden daarvan. En principebesluiten zouden alles
nog open laten. Voor het overige zult u begrijpen dat wij met uw voorstel
wel akkoord gaan, waarbij we geen kanttekeningen maken bij de gelden die
u nodig heeft voor externe advisering en verbetering van de structuur.
Dan nog een opmerking, omdat wij toch menen dat voorzichtig moet worden
omgegaan met het aantal raadscommissies. Ik denk dat bij een functionele
indeling het minder zou kunnen, maar laten we wel voorzichtig zijn, dat een
juiste behandeling in de daartoe toegeruste commissies kunnen plaatsvinden.
Heer MEILOF: Voorzitter, ik wil werkelijk kort het woord voeren. Ik heb
wat mij betreft een gelukwens voor het personeel van onze gemeente, dat
nu een gemeentehuis in het verschiet ziet en een organisatie die zoveel
duidelijker gestructureerd wordt, die publiekgericht zal worden, efficënter,
enzovoort. Voorzitter, ik heb geprobeerd te volgen de criteria, die heb
ik voortdurend toegepast op de dingen die gebeurden. Dan blijkt dat bij