18 november 1 987
- 23 -
Voor wat betreft het voorstel van de PvdA, het reshuffle-en van het beschik
bare budget voor de sport. Hetzelfde, conform de afspraken die zijn gemaakt,
ook met de sportverenigingen, het bedrag beschikbaar houden.
Heer POTHUIZEN: Voorzitter, mag ik vragen of u en uw collega's zo vriendelijk
willen zijn het nummertje dat de PvdA gemeend heeft te moeten aanbrengen
op elk papiertje ook even te noemen?
Wethouder PLOMP: Wij zullen dat proberen. Ik ben inmiddels bij nr. 13 gekomen
van de papieren, van de voorstellen. Daar stelt het college van: de beschik
bare budgettaire ruimte in overleg met de verenigingen herschikken, daarna
voorstellen aanbieden. Men hoeft zich niet te beperken daarbij tot investeringen
die door ons college in de stukken genoemd zijn, maar kan daar ook weer
stukken bij betrekken die eerder door de verenigingen zijn ingeleverd.
Voor wat betreft het voorstel nr. 14 uit dezelfde selectie is het college
van oordeel dat de begrotingsruimte die voor de zwembaden is gereserveerd
als zodanig ook gereserveerd moet blijven. Dus geen 7,50 verlaging.
Dan heb ik verder geen genummerde stukken, alleen nog aantekeningen.
Onderbouwing nieuwe sporthal; akkoord, die onderbouwing zal inderdaad gegeven
moeten worden. Inventarisatie en alles zal geschieden.
Voor wat betreft bouwzaken en milieudienst, daar zijn ook opmerkingen over
gemaakt. Wij zijn van mening dat dat in het kader van de reorganisatie
verder aan de orde zou kunnen komen.
Dan heb ik hier nog wat moties. Als ik die nu direct meeneem, loop ik het
risico dat ik wat vooruitloop op anderen. Maar dat doen we dan toch maar even.
Voor wat betreft motie nr. 1 van de PvdA, over de gelijke behandeling sportnota
en begroting stelt het college voor deze zaak niet over te nemen en de
planningkalender ook voor de sportnota gewoon te hanteren en de begrotings
behandeling ook gewoon nu te laten plaatsvinden.
Voor wat betreft de motie nr. 2 van de PvdA, in verband met de notitie die
in december komt, waarin een voorstel over de verdere procedure staat, aan
houden tot het verslag van de ambtelijke werkgroep in bespreking komt.
Het gaat dus over het zwembadgebeuren. Eerst de ambtelijke werkgroep de
zaak laten presenteren, daarna voorstellen.
Dan motie nr. 4, die gaat over de landschapselementen. Geen problemen met
de motie van de landschapselementen, echter wel met de aantekening dat
dat mogelijk geld kan gaan kosten.
Wethouder KINGMA: Voorzitter, de opmerkingen van de verschillende frakties
even zoveel mogelijk chronologisch langslopend, begin ik bij het CDA, de
opmerking omtrent de begeleiding c.q. opleiding van gezins-en bejaardenzorg
van de CMD. Ik denk dat het college -en niet alleen het college- op zich
sympathiek staat tegenover de argumentatie die het CDA hanteert, maar dat
het in de eerste plaats gaat om een zaak die de volstrekte verantwoordelijkheid
is tot nog toe van het rijk. Dat we daar de nodige zorgen over hebben,
dat heeft u ook bij de ingekomen stukken kunnen zien en de concept-brief
die daar ligt. Dat zou op zich dus een overweging kunnen zijn om daar positief
op te reageren, maar aan de andere kant is het zo dat er heel wat gaande
is onder andere een experiment in de zin van verpleeghuis/thuiszorg en
ook daar komt de nodige extra professionalisering aan de orde. Wij zouden
er op dit moment -ook al omdat u suggereerde dat het uit de post werkgelegen
heid betaald zou moeten worden, waar wij niet zoveel voor voelen- er neer
voor voelen om de discussie aan de hand van wat duidelijker gegevens te
voeren bij de voorjaarsnota. Dan weten we ook iets meer over hoe het uiteinde
lijk uitpakt voor de CMD. Misschien dat we ook een beter inzicht kunnen
geven in wat er dan precies wel en niet zou moeten gebeuren, want het lijkt
op dit moment ook meer een greep en een wel heel globale raming dan een
goed onderbouwd voorstel.