18 november 1987
- 24 -
Het openluchttheater, door meerderen genoemd, wordt als incidentele post ge
honoreerd
Het instrumentenfonds, een jaar qua start naar voren halen, met als gevolg
incidentele extra lasten, wordt gehonoreerd. Dat betekent dat het voor
1988 9.000,= zou kosten en dat het voor 1989 ook 9.000,= extra kost.
Gewoon één jaar naar voren halen dus.
Ten aanzien van de cursuscoördinator C-drie
Heer MEILOF: Voorzitter, het tijdelijke karakter, waar ik om gevraagd heb,
daar stemt u niet mee in?
Weth.KINGMA: U bent de enige die het tijdelijk wil en als zodanig denk
ik dat ik er wat dat betreft geen problemen mee heb om met de meerderheid
van de raad mee te gaan, in afwijking van uw standpunt.
De cursuscoördinator C-drie, als ik uw opmerkingen goed waardeer, dan zeg
ik in de eerste plaats: er stond in de activiteitenlijst geraamd -voor
zover dat fysiek mogelijk is- een halve cursuscoördinator voor 26.000,=.
We denken dat, in het licht van de problematiek, C-drie al een eind geholpen
zou zijn als de helft daarvan, zijnde 13.000,= voor 1988 beschikbaar
wordt gesteld. Dat is een kwart. Waar u dan misschien op kunt reageren
is welk kwart we beschikbaar stellen.
Heer VISSER: Wethouder, dat valt mij reuze mee van u. Ik heb u gisteravond
uitgemaakt voor de loopjongen van CDA/VVD, maar u loopt vooruit!
Wethouder KINGMA: Daarbij moet u niet denken dat ik nu ineens aan uw hand
loop, mijnheer Visser.
Er is tot op heden, als het om de eigen bijdrage gaat voor het jeugd- en
jongerenwerk, de taakstelling die in de bezuiniging zit opgesloten, van
één fraktie uit een duidelijke opmerking gemaakt, concreet op dit punt
toegespitst. Vooralsnog hebben we daarin geen aanleiding gevonden om ons
standpunt bij te stellen. Maar we begrepen al van het CDA dat zij behoefte
hebben om in zijn algemeenheid bij het hoofdstuk welzijn daarop terug te
komen, dus misschien dat de reacties van de raad aanleiding geven dat onder
werp nog verder te bespreken.
Heer POTHUIZEN: Dit is een reactie op een PvdA-gedachte?
Wethouder KINGMA: Ja.
Ten aanzien van het flankerend bejaardenbeleid denken wij dat het verstandig
is om, mede in het licht van de verschuivende financieringsstromen met
name van provincie naar gemeente, eerst eens even te kijken hoe die ontwikke
ling precies gaat, om te kijken welke extra bijdrage mogelijkerwijs door
de gemeente geleverd zou moeten worden als het om de noodhulpbedden gaat.
Daar willen we eerst toch het fijne van weten en we suggereren, ook al
omdat we ervan uitgaan dat zeker voor het eerste deel van 1988 het geld
beschikbaar is, dat het tijdig genoeg is als we met concrete suggesties
bij de voorjaarsnota daarop terug kunnen komen.
Als ik mij niet vergis, voorzitter, heb ik alle punten gehad. Als ik mij
wel vergis dan is er ongetwijfeld wel een raadslid die mij daarop wil wijzen.
Heer VISSER: Mag ik u wijzen op mijn verzoek over de oudere jeugd in Overhees?
Wethouder KINGMA: Dat klopt, dat ben ik inderdaad vergeten. En ik moet
wat dat betreft zeggen dat ik niet zo'n opgewekt antwoord voor u heb. We
hebben daar al eens eerder over gesproken en de conclusie was toen en is
ook nu nog in ieder geval van het college dat wij in de tot nog toe aange
dragen oplossingen om een en ander te realiseren op het terrein van de