25 augustus 1988 - 12 - Heer BEIJENVoorzitter, ik wil toch even reageren op de laatste woorden die de heer Van Gelder heeft gesproken. Hij praat over het niet starten van een artikel 19 procedure. Daar gaat het in dit geval niet om. Het gaat erom een planologische mogelijkheid te creëren door het nemen van een voorbereidingsbesluitEr is nog geen sprake van het feit dat we hier beslissen op dit moment dat er een artikel 19 procedure zal worden gevolgd. Heer VAN GELDER: Nou, dan is mijn exegese op de woorden van de wethouder toch zo: kijk, je neemt nu dat besluit en de bedoeling van dit besluit is om de artikel 19 procedure in gang te kunnen zetten. Heer VERHEUSJa, zonder dit besluit zou je dat niet kunnen doen. VOORZITTER: De discussie afrondend voor dit moment, met de commentaren en de kanttekeningen zoals die gegeven zijn door de fracties ter linker zijde, stel ik voor dit voorstel verder aan te nemen. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen, met de aantekening dat de fracties van D'66, PvdA en Progressief Soest geacht willen worden tegen een deel van het voorstel te hebben gestemd. 5. Voorstel tot het geven van een straatnaam. Heer OUDEMANSVoorzitter, onze fractie heeft geen bezwaar tegen de naamgeving van Prinsenhof, maar heeft toch wel erg veel moeite met de argumentatie, omdat gezegd wordt: "Er kan gedacht worden aan de kinderen van Koningin Beatrix". Men kan aan elke andere zonen denken, maar dat ontgaat ons. Als er een relatie wordt gelegd met het koninklijk huis is Prinsenhof in deze argumentatie volslagen onpersoonlijk en heeft geen enkele historische betekenis, zoals de andere naamgevingen wel zijn of hebben. Men zou veel beter kunnen denken aan het Prinsenhof in Delft, waar de Prins van Oranje gewoond heeft, dan ware dit een zinvolle benoeming geweest, maar thans ontgaat het ons. Op zichzelf hebben wij geen enkel bezwaar tegen de naam Prinsenhof. VOORZITTERIk stel voor dat wij deze opmerking zorgvuldig notuleren en stel vast dat de hele raad deze naam verder wenst. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 6. Voorstel tot het vaststellen van de 'Marktverordening der gemeente Soest'. VOORZITTER: U heeft de brief ook gezien die we nog gestuurd hebben naar aanleiding van opmerkingen in de commissies. Die is uiteraard betrokken bij dit agendapunt Heer POTHUIZEN: Voor die brief mijn hartelijke dank, voorzitter, vooral voor het beantwoorden van een vraag die ik niet had gesteld en het niet beantwoorden van de vraag die ik wel had gesteld. U hebt een nadere toelichting gegeven op artikel 8 lid 2; mijn zorg betrof lid 1, blijkens hetwelk burgemeester en wethouders kunnen verbieden dat artikelen op de markt verhandeld worden, enzovoorts. Dat is niet aan een termijn verbonden, het heeft ook niets met garnalen te maken. Het is een artikel dat gewoon een algemene oningeperkte bevoegdheid lijkt te geven aan u. Het is kennelijk zelfs zo vanzelfsprekend dat in de toelichting op de model verordening waaraan het ontleend is, helemaal niets te vinden is. Wij moeten dat kennelijk gewoon normaal vinden. Toch wil ik van u horen wat de

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1988 | | pagina 201