24 oktober 1988
- 12 -
zullen de zaak voorbereiden voor de commissievergadering van 1 november.
Het Meubi Dickterrein dat op korte termijn in aanmerking komt voor in ieder
geval bespreking en dat ook een van de terreinen is die vallen in de
termen zoals ook is gezegd: dicht bij winkelcentra en dicht bij andere
voorzieningen. Nadere mededelingen dus op 1 november.
Mijnheer de voorzitter, er zijn voor wat betreft de woningbouw die dan niet
alleen ouderen betreft, maar ook andere categorieën zou kunnen betreffen,
opmerkingen gemaakt met betrekking tot het feit dat Soest zo langzamerhand
vol gebouwd begint te raken. Dat betekent dat wij lokaties moeten gaan
zoeken die van belang kunnen zijn voor woningbouw nadat Overhees en Klein
Engendaal zijn vol gebouwd. Het college heeft besloten om de behandeling
van dat aspect in het kader te stellen van een bestuurlijke opdracht die in
de commissie algemene bestuurszaken zal worden behandeld.
Andere punten voor wat betreft bouwen in Soest liggen dan op het terrein
van Zonnegloren. Het college is van mening dat in overleg met het bestuur
van Maarschalksbos/Zonnegloren moet worden afgetast wie er belangstelling
heeft voor dat terrein en daarbij kunnen uiteraard ook projectontwikkelaars
een rol spelen. Het is duidelijk dat het overleg met het bestuur van
Zonnegloren tot uitwisseling van gedachten ook op papier zal leiden. Zodra
wij wat dat betreft voorstellen op papier kunnen zetten, zullen we die ook
aan de commissie aanbieden. Belangrijk is deze zaak ook, heeft het college
gezegd, in het kader van de werkgelegenheid.
Een opmerking is gemaakt over 'blinde vlekken' en wel blinde vlekken zo die
in Soest voorhanden zijn die worden weggenomen bij behandeling van
bestemmingsplannen. Die worden ook met de bril van de bouwverordening
bekeken, een bril die onlangs weer is bijgesteld toen de raad in september
de bouwverordening heeft bijgesteld.
Woningbouw op erf is ook aan de orde gesteld. Kunnen er in de buurt van
woningen op een erf ook woningen voor ouders of omgekeerd voor kinderen
worden neergezet? Dit wordt door het college niet overwogen. Het landelijk
beleid wijst ook in dezelfde richting, het belemmert bedrijfsvoering met
name van agrarische bedrijven.
Stads- en dorpsvernieuwing. Onlangs is in de commissie ruimtelijk ordening
een discussie geweest over het stads- en dorpsvernieuwingsfonds. Daarbij is
uitdrukkelijk gezegd dat ook voor andere gebieden dan Soesterberg-kom en
Smitsveen gelden moeten worden gereserveerd. Het college is daarbij gewezen
op de brief van de woningbouwvereniging. Bovendien is er een brief van de
bewoners van 't Hart binnengekomen en heeft zojuist de heer Visser nog een
opmerking gemaakt over de schildersbuurt. Wel, het is duidelijk dat ook
andere gebieden zoals de Eng, 't Hart en Soest-zuid reserveringen
noodzakelijk maken om op het moment dat de spullen daarvoor klaargemaakt
moeten worden ook de beschikking te hebben over de bedragen. Maar ook
moeten wij uiteraard de beschikking hebben over ambtelijke capaciteit om
de zaak voor te bereiden. Het college wil de bedragen wel reserveren, maar
op dit moment nog niet earmarken.
De Eng is ook bij de algemene beschouwingen aan de orde gekomen. Hoe
bestemmen wij de Eng? Wel, de bestemming van de Eng wordt geregeld in de in
procedure zijnde bestemmingsplannen en die delen van de Eng die daarbij nog
niet betrokken zijn, kunnen bij de behandeling van het werkplan ruimtelijke
ordening, dat iedere keer voor ieder jaar uitmaakt -dat doet u dan- welke
plannen in behandeling zullen komen, in behandeling worden genomen.
Mijnheer de voorzitter, tot zover woningbouwzaken.
Dan kom ik bij de verkeerszaken. Het door het college gevoteerde bedrag van
500.000,- is zoals u gezien heeft, bestemd voor verdere aanpak van
knelpunten in de objectieve verkeersonveiligheid. Verder voor meer ruimte
om de 30 km-gebieden in te richten. Daarover zijn in de commissie ook
vragen gesteld. Bij de uitsplitsing van dit bedrag, waar uiteraard