20 april 1989
- 32 -
betoogd en we zijn hier dus gelukkig mee.
Met betrekking tot de intensieve taalcursus zijn we toch ook blijIn het
verleden is er vanuit mijn fractie regelmatig op aangedrongen. Dat het er
nu als voorstel ligt, dat vinden wij prettig.
Tenslotte onze dank voor de manier waarop u ingegaan bent op ons voorstel
om toch alvast rekening te houden met het realiseren van voorstellen die
uit het onderzoek sociale veiligheid naar voren zullen komen.
Heer MEILOF: Ik kan uw voorstel volledig volgen in de positieve zin. Ik ben
erg blij juist met het gegeven dat er zo weinig nieuws opgevoerd is. Het is
bij wijze van spreken een voorspelbaar stuk. Dat betekent ook dat ik moeite
heb, zoals de twee voorgaande sprekers, om hier ingebrachte voorstellen die
uiteindelijk de zaak toch weer gaan verbreden, te volgen. Hoe sympathiek
beide voorstellen mij ook zijn. Ik zal dus de moties niet ondersteunen.
VOORZITTER: Ik stel voor even te schorsen voor overleg.
VOORZITTER: Ik heropen de vergadering.
Wethouder MENNE: Voorzitter, ik zou kort, duidelijk en toch volledig willen
zijn. Ik wil de raad vragen om van dit voorstel even de bladzijden 5 en 6
op te slaan. Er zijn vragen gesteld over de op bladzijde 5 voorkomende post
van 414.500,-. Ook heeft een enkeling, zij het met instemming, gesproken
over posten op bladzijde 6.
Even in het algemeen ter verduidelijking: wij hebben zes miljoen
afgesproken ter beschikking te stellen. Dat is eerder gebeurd, dat staat op
bladzijde 5. Wat op bladzijde 6 staat -dat geldt voor alles wat op
bladzijde 6 staat, dus 1.012.589,00- komt uit die zes miljoen. Dat geldt
dus zowel voor hetgeen we al hebben vastgesteld met raadsbesluiten als voor
wat we nog concreet van plan zijn. Dat wordt daaruit betaald. Dat daar geen
misverstand over is dat wat daar staat uit enigerlei post komt, wat op
bladzijde 5 is aangegeven.
Nu is door het CDA, door mevrouw Gerritse gevraagd naar die 414.000,=.
Ook anderen hebben daarnaar gevraagd. Daar wil ik dan wel even enige
verontschuldiging bij aanvoeren, dat het misschien niet al te duidelijk is
gesteld in de herziene versie van de voorjaarsnota. Als u zich herinnert,
wij zijn eerder onder het kopje bevordering goede afronding infrastructuur
op 26 oktober 1988 tot de afspraak gekomen om het resterende geld van die
reserves ten behoeve van de infrastructuur opzij te leggen. Dat was in het
kader van het gesprek over en ik meen ook op voorstel van D66 daaraan
voorafgaand, dat daartoe aanleiding gaf, om eventueel toch nog wat, zo
daar wat overbleef, opzij te leggen voor infrastructuur in aansluiting op
hetgeen met de Koningsweg en de aansluiting op de Nieuweweg plaats heeft.
Maar ik geef daarbij wel de verontschuldiging dat wij dat misschien wat
duidelijker in de voorjaarsnota hadden moeten zetten en misschien ook wel
wat duidelijker in dat raadsvoorstel hadden moeten aangeven op 26 oktober
1988. Dat zo gezegd zijnde en ook begrijpend dat in het eerste voorstel van
de voorjaarsnota wij inderdaad een P.M.post hadden opgenomen die daar ook
niet al te duidelijk over was waar dat verschil nu naar toe mocht, is
hiermee dan onder e. aangegeven: bevordering afronding goede
infrastructuur. Een zeer wijds begrip waar eigenlijk nog heel veel mee zou
kunnen. Dat is dan enigszins geïndiceerd door het voorstel op 26 oktober
1988, maar wij willen dan toch hierbij aangeven dat het nu bij indicatie is
bedoeld daarvoor te worden aangewend.
Mevrouw Blommers heeft de kosten van de commissies aan de orde gesteld. De
doelstelling de burgers zoveel mogelijk te betrekken, ook in de toekomst,
bij het werk dat in die commissies plaats heeft, daar is het college het