20 juli 1989
- 29 -
een overdekt zwembad willen, en toch wellicht tegen dit collegevoorstel
zullen stemmen. Voorstanders die dus toch tegenstanders zijn. Hoewel de
CDA-fractie deze visie betreurt, respecteren wij die uiteraard wel. Een
uitzondering hierop vormt denk ik de fractie van D66want als ik alles
goed heb begrepen en gevolgd zegt deze fractie: een overdekt zwembad,
akkoord, maar dan in Klein Engendaal. Dat is in ieder geval klaar en
duidelijk. De PvdA zegt voorstander te zijn, maar blijft tegenstander van
het collegevoorstel. Eerst was de motivering dat de Dalweg geen geschikte
lokatie was, vervolgens was er onvoldoende onderzoek verricht naar het
draagvlak en gisteravond in de commissie r.o. was de reden om tegen te
stemmen dat dit voorstel aan alle kanten rammelt omdat de dekking niet
klopt. Terwijl in feite -dat staat ook duidelijk in het collegevoorstel,
dus in dat opzicht heeft het veel weg van het vorige voorstel- het college
vraagt: "Kunnen wij verder gaan? Wij zullen geen cent uitgeven voor en
aleer er op een aantal vragen die er nu nog zijn een duidelijk antwoord
is". Misschien dat de PvdA aan de hand van het vorige raadsstuk nu toch ook
denkt: dan moeten we hier ook maar in meegaan.
Zoals gezegd, mijnheer de voorzitter, onze fractie steunt uw voorstel om
een krediet beschikbaar te stellen voor de bouw van een overdekt zwembad
annex sporthal. U bent aan ons bezwaar tegemoet gekomen door expliciet in
het raadsstuk te verklaren dat de besteding van dit krediet niet zal
plaatsvinden voor en aleer er op alle punten duidelijkheid is. Dus ook hier
stap voor stap.
Tot slot nog een kanttekening bij de vertrouwelijk ter inzage gelegde
stukken, wat dit in Soest feitelijk ook moge betekenen (ik bedoel:
vertrouwelijk). Wij gaan ervan uit -de portefeuillehouder heeft dat
gisteravond ook duidelijk gesteld- dat het exploitatietekort binnen de
grenzen van het huidige tekort van het natuurbad, de Turf en de Trits zal
blijven. Met andere woorden, het krediet en het exploitatietekort is voor
ons taakstellend.
Heer KRIJGER: Mijnheer de voorzitter, wij kunnen hier rustig over praten,
omdat we de indruk hebben dat de provincie toch al meeluistert of meekijkt.
Als het de eerste keer zou zijn dat wij over de realisering van de nieuwe
sportaccommodatie praatten, had ik meer gedetailleerde opmerkingen gemaakt
over het voorliggende voorstel. Het is echter niet de eerste keer.
Herhaaldelijk is in volle openheid over de plannen gesproken, is ook de
motivatie gegeven voor samenhangende besluiten. Het nu voorliggende besluit
ziet mijn fractie dan ook als een stap die met andere stappen samen vooruit
lopen betekent. Niet voorop lopen, want vele gemeenten hebben al lang en
breed besluiten genomen die nu in Soest aan de orde zijn. Met het voor
liggende besluit starten wij definitief met overdekt zwemmen, gerealiseerd
door de gemeente. Openluchtzwemmen kan en zal door anderen worden gereali
seerd. Dat is ook een zeer afhankelijke activiteit, weten wij ervaring,
niet te plannen, niet te begroten weersomstandigheden. Want al die
buitenbaden in Nederland bij elkaar -dat heb ik van de VNG, die staat ver
boven Soest, dus ik mag ze onafhankelijk noemen- nemen niet meer dan 20%
van het aantal bezoeken aan zwembaden voor hun rekening. Dan moet daarbij
betrokken worden dat er nog zijn 525 buitenbaden tegen 443 overdekte baden.
Nu heeft het Soester Natuurbad de laatste tijd niet over belangstelling te
klagen. De tekorten lopen dan nu al weer op naar het peil van 1986, waarin
de raad besloot om het te gaan verkopen en zelfs de PvdA de opbrengst al
uitgaf aan een plan: bad aan de Waldeck Pyrmontlaan. Nu zullen daar
misschien binnenkort verkeersdrempels komen, maar de bereikbaarheid was
toen ook al slecht. Bij het vaststellen van het collegeprogramma en het
programma voor de raad van 1986 tot 1990 zijn wij, de raad, ook zeer
duidelijk geweest wat de bedoeling was. Dat heeft geresulteerd in een