21 september 1989 - 5 - weet dat er ook mensen zijn die daar nu juist tegen protesteren omdat ze denken dat het teveel leven wordt. Ik kan mij dat nog niet zo goed voorstellen. Toch zal ik -en dat stelt mij werkelijk teleur- tegen stemmen. Een essentieel aspect, het zwembad, daar kan ik niet mee instemmen. Niet dat ik niet zou willen dat er een zwembad komt, niet dat ik niet zou willen dat het zwembad op een deel van de Eng komt daar in de buurt, maar ik wil pertinent niet dat het op die plek terecht komt. En tegelijkertijd voel ik mij buitengewoon ongelukkig met het feit dat we de indruk krijgen dat het financieel wel eens niet op die wijze rond zou kunnen komen zoals wij dat wensen. Dat betekent in de praktijk als we hier al goedkeuring aan geven, dat we iets te makkelijke en te soepele stapjes maken naar een uiteindelijke plaatsing van een zwembad en een sportaccommodatie aldaar. Dat is een zaak waar ik niet gelukkig mee ben. Ik zal tegen stemmen, vooral ook daar we dit plan niet in verschillende delen mogen delen. We moeten dus voor het hele plan of tegen het hele plan stemmen. Heer VISSER: Voorzitter, ik begrijp uit de woorden van de heer Beijen dat in het civil-centre ook nog een brug geslagen moet worden over de Dalweg. Maar wat de heer Van den Breemer zegt is nog veel erger, namelijk dat hij vindt dat de bezwaarden niet met een kluitje in het riet zijn gestuurd. Wij zijn van mening dat de bezwaarden wel met een kluitje in het riet zijn gestuurd, omdat hier voor ons een plan ligt dat totaal niet gedragen wordt door de Soester maatschappij, door de Soester gemeenschap. Het is allemaal begonnen met de blindverkoop van het Soester Natuurbad. Het Soester Natuurbad, dat voor een miljoen -eigenlijk voor een appel en een ei heb ik destijds gezegd- verpatst is. Toen moesten er ineens plannen gemaakt worden en wie schetst nu het verrassingspakket van het CDA dat hier nu het plan Dalweg voor ons ligt. Het verrassingspakket dat je niet ter plekke mag open maken, want er zit eigenlijk niks in. Dat is zo kennelijk de strategie bij blindverkoop van verrassingspakketten, dat je het niet ter plekke mag openmaken, maar pas later. Nou, wat staat ons later te wachten? Een zwembad dat niet te betalen is, dat niemand wil hebben, dat niemand wil beheren, waar straks vreselijk veel geld bij moet. De verkoop van het Soester Natuurbad was destijds een bezuinigingsmaatregel! Tel daar nog bij op een sportaccommodatie, waarvan ook nog maar bewezen moet worden dat er in Soest behoefte is aan deze grote sportaccommodatie en evenementenhal, wat sommigen ervan willen maken. Kortom, een verrassingspakket dat ons straks nog op zal breken als je thuis komt en je maakt het open. U begrijpt dat wij als Progressief Soest niet gelukkig zijn met dit bestemmingsplan Dalweg. Uiteraard wel met het politiebureau en het gemeentehuis, zoals wij dat al jaren geleden hebben verkondigd, dat we dat graag wilden hebben. Het is daarom ook heel vervelend om te horen van de heer Van den Breemer dat hij zich zo opwerpt als de grote kampioen en beschermer van de zuider-Eng. Ik kan mij nog herinneren uit de tijd van de heer Van Poppelen en de heer Stam en andere oud-CDA'ers dat zij van de hele zuider-Eng (maar dat was voor uw tijd, mijnheer Bos) een heel groot winkelcentrum wilden maken, met roltrappen en met wegen over de zuider-Eng. Wat is er toen gebeurd? Die oude CDA'ers zijn vervangen door CDA-jongeren, zoals mevrouw Gerritse en de heer Wijmenga en de heer Verheus. Ik hoop nu, als ik lees in de krant dat de CDA-jongeren knarsetandend akkoord gaan met dit plan -en die CDA- jongeren hebben het natuurlijk bij het rechte eind, want die weten ook hoe het in Soest aanvoelt ten opzichte van dat plan- dan is het te hopen dat over een half jaar deze mensen, die nu in het CDA zitten en weer een dagje ouder zijn geworden, ook vervangen zullen worden die CDA-jongeren die dan over een paar jaar zullen zeggen: wij zijn kampioen-verdediger van Dalweg- zuid

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1989 | | pagina 264