nr. 10
NOTULEN
van het verhandelde in de openbare vergadering van de raad der gemeente
Soest op maandag 23 oktober 1989 te 19.00 uur.
Voorzitter: de heer J. Bos, waarnemend burgemeester;
Secretaris: de heer W.P. de Kam.
Tegenwoordig de leden: J.A. Baks, G. Beijen, W.A. Blaauw, mevr. A.
Blommers-BiezenoC. BoerkoelA.W. van den Breemer, J.0. Danvers,
J.J. EbbersJ. van Esseveld, mevr. B.M. Gerritse-van Eemevr. J.
Greefhorst-van Overdam, F. Kingma, A.F.M. Krijger, R.A. van
Logtenstein, mevr. A.M. Meijer, J.L. Menne, J.Th. Oudemans,
G.A.W.G.A. Plomp, A.E.C. Pothuizen, mevr. W.A.A. Stekelenburg-
Ruitenburg, H. Strietman, mevr. A.D. Tomassen-HolsheimerC. Verheus
J. Visser, R. Wijmenga (vanaf 19.25 uur).
Afwezig met kennisgeving: W.R. Meilof en mevr. M.J. Weidema-Woensdregt
VOORZITTERDe vergadering van de raad is geopend. Ik deel u mede dat
mevrouw Weidema niet aanwezig zal zijn deze avond. De heer Meilof is
geboden door de dokter om 14 dagen rust te nemen. Daarvan wil ik zeggen dat
ik meen namens de hele raad te spreken als ik hem een spoedig herstel
toewens, zodat hij gauw weer in ons midden kan zijn.
Volgens de procedure heeft nu de raad bij monde van de fractievoorzitters
het woord.
Heer VERHEUSMijnheer de voorzitter, namens de CDA-fractie wil ik graag
beginnen met alle medewerkers en medewerksters van onze gemeente te
bedanken voor het vele werk dat ook dit jaar weer door hen is verricht.
Zeker niet in de laatste plaats al diegenen die hebben meegewerkt aan de
samenstelling van deze nieuwe uitgave van de begroting. Het zal wellicht de
laatste keer zijn dat we in dit gebouw onze begrotingsvergadering houden.
Ook zullen we volgend jaar in een wat andere samenstelling bij elkaar zijn,
met het oog op de verkiezingen van 21 maart, althans, dat mag je in alle
redelijkheid verwachten.
Vervolgens, mijnheer de voorzitter, wil ik in de mij toegemeten 5 minuten
nog een paar zaken aan de orde stellen die niet in de Soester Courant zijn
gepubliceerd. Wellicht zal er deze week een nieuwe regeringsploeg aantreden
van een andere samenstelling dan de vorige. Ook beleidsmatig zal er iets
gaan veranderen, wat ook in de gemeenten niet onopgemerkt zal blijven. Als
het concept-regeerakkoord de definitieve vorm zal aannemen, houdt dit voor
de gemeenten waarschijnlijk in dat onder andere de kosten van de Algemene
Bijstands Wet niet meer voor 10% maar voor 20% voor rekening van de
gemeenten komen. De gemeenten zouden daartegenover meer vrijheid van
handelen krijgen binnen het kader van die Algemene Bijstands Wet. Een en
ander zal wel worden gecompenseerd, maar het prijskaartje is nog lang niet
duidelijk. Verdergaande decentralisatie -dat op zich een lofwaardig streven
is- schijnt één der doelstellingen van het nieuwe kabinet te zijn. De
ervaring dienaangaande heeft geleerd dat zulk streven tevens een
uitgavenvermindering voor de rijksoverheid tot gevolg moet hebben. Ook voor
de politie zullen er ingrijpende veranderingen komen, zij het dat de
herschikkingsoperatie gewoon schijnt door te gaan. Vervolgens zal er in de
komende kabinetsperiode een staatscommissie worden ingesteld die onder
andere de benoeming van burgemeesters door de gemeenteraad zal onderzoeken.
Of het eindresultaat -uitmondend in een grondwetswijziging- nog tijdens
deze kabinetsperiode zijn beslag zal krijgen is niet te voorspellen.