nr1
NOTULEN
van het verhandelde in de openbare vergadering van de raad der gemeente
Soest op donderdag 19 januari 1989 te 19.30 uur.
Voorzitter: de heer mr. P. Scholten, burgemeester;
Secretaris: de heer W.P. de Kam.
Tegenwoordig de leden: J.A. Baks, W.A. Blaauw, mevr. A. Blommers-Biezeno,
C. Boerkoel, A.W. van den Breemer, J.J. Ebbers, J. van Esseveld, R.E.
van Gelder, mevr. B.M. Gerritse-van Ee, F. Kingma, A.F.M. Krijger, R.A.
van Logtenstein, mevr. A.M. Meijer, W.R. Meilof, J.L. Menne, J. Th.
Oudemans, G.A.W.G.A. Plomp, A.E.C. Pothuizen, mevr. W.A.A. Stekelenburg-
Ruitenburg, H. Strietman, mevr. A.D. Tomassen-HolsheimerJ. Visser,
mevr. M.J. Weidema-WoensdregtR. W'ijmenga.
Afwezig met kennisgeving de leden: G. Beijen, mevr. J. Greefhorst-van
Overdam en C. Verheus.
VOORZITTER: Ik open deze vergadering en deel u mede dat afwezig zijn de
heer Beijen, mevrouw Greefhorst en de heer Verheus en dat de heer Blaauw
iets later komt.
Ons heeft het verzoek bereikt om punt 12 te behandelen bij punt 24 van de
agenda. Dat leek het college een goede zaak, dus ik stel voor om het zo te
doen.
1. Vaststelling van de notulen van de openbare vergadering van 17 november
1988.
Deze notulen worden ongewijzigd vastgesteld.
2. Ingekomen stukken.
a. Brief d.d. 24 augustus 1988 van het Landelijk Steunpunt Vrijwilligers
werk, houdende toezending van het rapport "Afhaken of doorgaan" met
voorstel de brief en het rapport voor kennisgeving aan te nemen.
Met betrekking tot deze stukken wordt zonder discussie en zonder
hoofdelijke stemming besloten conform hetgeen door het college is
voorgesteld
3. Vragenhalfuurtje.
Er zijn geen vragen binnengekomen.
4. Voorstel tot het vaststellen van het bestemmingsplan "Soesterberg-Kom"
Heer EBBERS: Voorzitter, ik had gaarne een paar opmerkingen gemaakt over
dit plan, met name over het bezwaarschrift VIII genoemd onder punt 2c2,
waar gepleit wordt voor het verplaatsen van de dansschool van de
benedenverdieping naar de bovenverdieping. Dat wordt door u ongegrond
verklaard. Ik vind u daar eigenlijk in tegenspraak met uzelf, aangezien er
staat: "dat wij het idee ondersteunen om te geraken tot een gesloten
winkelfront." Dat is namelijk een van de bedoelingen van het geheel, om
daartoe te komen. Wij zouden dus graag zien dat dat toch mogelijk wordt in
de toekomst. Vandaar dat wij dit bezwaar of gegrond verklaren, of dat u
misschien een andere constructie kunt vinden, maar dat is aan u om te doen.
Tenslotte heb ik nog een opmerking over een bouwperceel. Dat betreft
hetzelfde bezwaarschrift, onder 2a. Daar is in het verleden een apart