23 oktober 1989
- 25 -
op
iag
de
aent
Lk
de
jen
:e
de
ïut
rige
5e
iet
lat
en
of
s
et u
zeggen dat er inderdaad een kapvergunning is afgegeven voor een tweetal
beuken die daar hebben gestaan aan de noordoostkant van het perceel. Op
zich is dat jammer, dat betreuren wij ten zeerste. Ik moet er wel bij
zeggen dat wij in de commissie bedrijven in juni en ook in het college in
juni deze zaak hebben doorgesproken en toen was bekend dat er op die plek
een aantal kwijnende bomen stonden. Die hebben wij toen met advies van een
deskundig
Heer BOERKOEL: De waterproblematiek is ons bekend, mijnheer de voorzitter.
Wethouder VAN LOGTENSTEIN: Haar daar wilde ik even niet naar toe, mijnheer
Boerkoel. Wij hebben onder deskundige leiding alle mogelijke moeite gedaan
om die bomen te sparen, zelfs door bijvoeding en dergelijke. Geconstateerd
moet worden dat dat niet is gelukt. Dat betreuren wij met u. U heeft
gelijk, ze zijn gekapt.
Ten aanzien van videobeelden, genoemd door Progressief Soest, ter
begeleiding van de begroting volgend jaar. Voorzitter, dat beeld zie ik nog
niet, maar mogelijk dat we nog de tijd hebben om daar eens over na te
denken
VOORZITTER: Voor een goed begrip: de motie van de WD ter zake van de
kinderopvang wordt door het college niet overgenomen, gezien de contacten
die er met SKON geweest zijn. Dat is heel duidelijk, denk ik.
Heer VERHEUSVoorzitter, wilt u vijf minuten schorsen?
VOORZITTERAls u daarom vraagt, dan doen we dat. Anders zou ik doorgegaan
zijn. Ik geef u tien minuten.
VOORZITTERDe vergadering is heropend.
Heer VERHEUS: Mijnheer de voorzitter, ik volg het lijstje maar zoals het
college dat ook gevolgd heeft. Ik begin maar met u, mijnheer de voorzitter.
Op één ding hebt u niet geantwoord of het is mij ontgaan. Die
brandweerauto, ik weet niet of dat bij het hoofdstuk brandweer ter sprake
moet komen of hier, maar de bedoeling was eigenlijk dit. Wij zijn tegen de
auto voor de bevelvoerder. Nu is de vraag: als je de begroting vaststelt,
dan staat die post erin. Wordt dat nu teruggetrokken of eventueel als een
P.M. post opgenomen? Voor de rest ben ik met uw antwoord tevreden.
Dan ga ik naar wethouder Menne. Hij heeft toegezegd dat de zaak van de
reserve in de commissie nader besproken zal worden. Daar zijn we blij mee,
want inderdaad moet dat gebeuren.
Een ander verhaal is de beantwoording van mijn vraag in de algemene
beschouwing over dat tuinonderhoud van openbare en bijzondere scholen. De
wethouder zegt: ja, we passen de Londo-norm toe. Dat begrijp ik ook wel.
Maar mijn vraag was in concreto: als de Londo-norm toegepast wordt, wil dat
voor het openbaar onderwijs zeggen dat het tuinonderhoud niet hoger is dan
wat de Londo-norm daarvoor beschikbaar stelt. Punt uit. Het andere
onderhoud, want voor het geld van de Londo-norm kun je die tuin natuurlijk
nooit onderhouden, wordt dus uit de algemene middelen gevoteerd. Toen was
mijn vraag: wat doet het college nu als besturen van bijzondere scholen,
neutraal, rooms-katholiek of protestants-christelijk bij het college
aankomen en zeggen: college, dat vinden wij een prachtige maatregel, daar
willen wij ook graag gebruik van maken. Dat was in concreto de vraag en
daar heb ik geen duidelijk antwoord op gekregen. Dat wil ik alsnog wel
graag horen.
Dan gaan we naar wethouder Plomp. Hij was mij in ieder geval nog een
i