25 oktober 1989
- 8 -
coördinator als het voor een gedeelte intern is. Die berekening kunnen wij
wel aardig volgen. Voor een gedeelte heeft hij ook een externe taak. In het
voorstel noemt u ook al dat u te rade gaat bij het NOVEM. We hebben van de
week bij de algemene beschouwingen gezegd dat het NOVEM binnenkort in de
regio is, want die gaat juist een aantal zaken met betrekking tot die
voorlichting doen, samen met de SVEN. Is dat zo nieuw dat u dat nog niet
weet? Of heeft u dat misschien bij het voorstel wel gezien, maar niet
verwerkt in het verhaal? Daarbij komt ook dat wij denken dat de
energiecoördinator zichzelf zou moeten kunnen gaan verdienen. Kunt u
daarop reageren?
Heer POTHUIZEN: Voorzitter, wij prijzen het college voor de stappen die tot
hier toe zijn genomen. Dit was gelukkig ook nog niet zo moeilijk. Het
moeilijke komt nu natuurlijk, want nu moeten we concreet iets gaan
aanpakken. Dat kan geld kosten. We moeten ook vooral ons personeel zodanig
equiperen dat we ermee voort kunnen. Wij zijn graag bereid om beide
mogelijk te maken. Dat zal regelmatig betekenen dat we voor de vraag komen
te staan: moeten we iets laten omdat het misschien zichzelf nog niet meteen
of niet zichtbaar terugverdient, of moeten we gewoon ons aandeel leveren in
het terugkeren van de dwalingen waarop wij en de generaties voor ons -
overigens denk ik volledig onbewust en ongewild- zijn terecht gekomen? We
weten het nu dus allemaal, we moeten dus wel achter zo'n beleid staan. Dat
beleid, dat overigens doelstellingen van verschillende soort kent, niet
alleen primaire doelen waar de aandacht nu al weer vrij sterk op is
gefixeerd, maar ook secundaire doelstellingen waar ik eerder al uw aandacht
voor heb gevraagd. Wij gaan ervan uit dat u als college dus ook die
secundaire doelen onderschrijft en dat u probeert die te integreren in uw
beleidsvoorstellen. Vanaf nu doet u dus geen voorstellen meer die de weg
tot het realiseren belemmeren, bijvoorbeeld dus die immense parkeer
terreinen voor die auto's die slechts korte ritjes maken. Wij zouden ook
graag zien dat onder omstandigheden voorstellen met alternatieven worden
geboden. Heel concreet zou dat bijvoorbeeld het geval kunnen zijn als je
een zwembad aanbesteedt waarin je zou kunnen voorstellen dat er een optie
ligt waarin wel een warmte/kracht koppeling aanwezig is met kostenplaatje
dat misschien in eerste instantie wel minder aantrekkelijk zou kunnen
lijken en één waar dat niet in zit. Ik noem nu het zwembad, maar je kunt
dat voor willekeurige andere grote projecten doen. Wat ik maar wil zeggen
is, dat u ons de kans moet geven om te kiezen uit alternatieven, ook als er
één tussen zit die misschien uit zuiver financiële overwegingen minder
aantrekkelijk is, maar die uit opties van milieu-effecten op langere
termijn toch overwogen zou moeten worden.
Wethouder VAN LOGTENSTEIN: Voorzitter, ik heb een aantal dingen beluisterd.
Ik heb ook het woord ambitieus gehoord. Dat is dit plan inderdaad, het is
ambitieus. Aan de andere kant denken wij toch ook dat het als realistisch
mag worden bestempeld, als de arbeid die wij in het rapport hebben
beschreven eraan besteed wordt en de mensen -dat zijn wij z'n allen toch
weer- bereid zijn om mee te werken aan gedragsverandering. U heeft kunnen
constateren in de rapportage dat wij een enorm verlies aan besparingen
hebben gehad sinds 1983 naar 1988. Die terugval heeft u kunnen zien: van
30% besparing naar 18% en lager en dat is toch eigenlijk jammer, want wij
hadden hele zinnige besparingsniveaus bereikt. Het is dus mogelijk, alleen
het vergt een bepaalde techniek en een bepaalde consequente aanpak.
Dan kom ik eigenlijk bij de heer Krijger die vraagt of het wel nodig is om
daar capaciteit aan toe te wijzen, omdat er in principe al zoveel mensen op
die markt bezig zijn. Ik moet vaststellen dat dat natuurlijk waar is. Er
zijn veel mensen bezig op die markt, alleen ieder doet dat vanuit zijn