23 november 1989 - 20 - VOORZITTERDan vraag ik nu aan de heer Meilof wat zijn stem is. de heer Meilof, voor. Het voorstel van het college is met 15 stemmen voor en 11 stemmen tegen aangenomen. 6. Voorstel tot vaststelling van het Beleidsplan Bestuurlijke Preventie als leidraad voor het te voeren gemeentelijk beleid ter zake. Het voorstel wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming aangenomen 7. Voorstel inzake het (vervolg) initiatief-voorstel van de fractie van D66 tot het (eerst na een proef) verstrekken van compostvaten. Heer POTHUIZEN: Voorzitter, uw voorstel om ons initiatief-voorstel niet over te nemen heeft natuurlijk niet tot grote blijdschap aan onze kant geleid. Maar toch kan er in ieder geval één positieve opmerking over gemaakt worden. Wij waarderen het dat van uw kant voor het eerst serieus is ingegaan op onze hardnekkige pogingen om ook de praten over minder afval- aanbod door zelfcompostering. Voor het overige zijn wij uiteraard kritisch. Een vergelijking van uw reactie op ons voorstel met een aantal grondslagen van uw eigen voorstel (agendapunt 8 voor vanavond) leert dat het twijfel achtig is of er wel zoveel verschil is tussen de effecten van beide voorstellen. Mijn fractie ontkomt niet aan de indruk dat van de zijde van het college voor ons voorstel van de somberste benadering is uitgegaan, terwijl het eigen voorstel met name voor wat betreft de kosten veel te zonnig wordt voorgesteld. Gegeven de te verwachten stemmingsuitslagen zie ik er overigens vanaf om nog maar eens gedetailleerd op de voorstellen in te gaan. Mij tot de hoofdlijnen beperkend stel ik vast dat zowel in ons als in uw voorstel uitgangspunt is dat slechts tweederde van het groente- fruit- en tuinafval via de compostbak of de GFT-minicontainer kan lopen. In beide gevallen moet voor het restant -vooral grof tuinvuil- een regeling worden getroffen. In ons voorstel is het gebruik van een compostvat verplicht, bij u gebruik van de speciale minicontainerHet verschil dat resteert tussen uw en ons voorstel is dat waar compostvatbezitters toch de gemeente met GFT-afval opzadelen, de gemeente kosten voor het inzamelen moet maken. Ons voorstel voorzag erin dat u de daardoor veroorzaakte kosten kon verhalen op de zondaars. Die komen dan dus niet ten laste van de gemeente en de meewerkende burger. Dat zo zijnde, pakt ons voorstel qua kosten voor de burger voordeliger uit dan het uwe. Maar het geloof hierin is aan uw kant afwezig en ik zal u vanavond niet meer kunnen bekeren. De kaarten zijn geschud. Wij wachten daarom maar de uitkomst van de stemming af en zullen, zodra ons initiatief naar de gescheiden papierbak is verwezen, een amendement indienen op uw voorstel. Dat amendement beoogt dan -ik zeg het nu maar vast- een compromis te bewerkstelligen, uitgaande van de gedachte dat er toch in Soest burgers zijn die onverplicht wel willen meewerken aan de vermindering van het afvalaanbod. Wij willen via dat amendement het mogelijk maken om hen dan te laten kiezen tussen een gratis compostbak en een gratis GFT-minicontainer. Financiële bezwaren daartegen kunt u nauwelijks hebben, want qua kapitaalslasten ontstaat er geen verschil en minder vuilaanbod leidt tot minder kosten. Wethouder VAN LOGTENSTEIN: Voorzitter ik denk niet dat ik er in extenso op hoef te reageren, omdat de heer Pothuizen zelf de constatering al doet. En

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1989 | | pagina 401