D O - 16 naart 1989 - 21 uitbreiding van een autoschadebedrijf op het perceel Beukenlaan 3. ook j aal d VOORZITTER: Heeft een van de leden van de commissie nog behoefte om dat toe te lichten? Heer POTHUIZEN: Mijnheer de voorzitter, in de vergadering van 19 januari waarvan we daarstraks de notulen hebben goedgekeurd, hadden we ook een voorstel van de beroepschriftencommissie aan de orde over een plan aan de Beukenlaan/Nieuweweg route. Wat ik toen meldde, kan ik u nu weer melden: gelet op het vigerend planologisch beleid met betrekking tot de Engrand en de geldende voorschriften die bij dat beleid horen, kan de commissie geen ander advies aan u voorleggen dan het nu voorlegt. Als u mij toestaat om meteen aansluitend namens de D66 fractie te spreken, dan is ook dat conform het vervolg dat ik er op 19 januari aan gaf. Mijn fractie heeft al meermalen te kennen gegeven van uw college voorstellen te willen ontvangen die een creatiever planologisch beleid ten aanzien van de Engrand aan dat wegtraject mogelijk maken. Een eerste notitie aanpak noordelijke Eng is er, maar geeft op de behoefte die wij voelen geen antwoord. Dat antwoord is steeds dringender nodig, want als de commissie voor de beroepschriften zich morgen over een weigering bouwvergunning Beukenlaan 1 gebogen heeft, dan is het moment daar waarop we zo ongeveer met alle lage oneven nummers op de Beukenlaan in de clinch liggen. Wij willen kort en goed eigenlijk voorstellen van u die een zeer genuanceerde invulling van die Engrand mogelijk maken. Bij wijze van signaal, sterker dan de eerdere signalen dat er iets moet gebeuren, zal mijn fractiegenoot tegen dit voorstel stemmen. Hij meent dat waar er duidelijke Arbo-motieven zijn en hinderwetmotieven zijn om de uitbreiding die de heer Dorrestein wil toe te laten, terwijl er van landschapsaantasting daar (wie er gaat kijken zal het zien) absoluut geen sprake is, het toepassen van de artikel 19-procedure wel gerechtvaardigd zou zijn. aan e en Heer KRIJGER: Mijn fractie zal voor het voorstel van de commissie stemmen, maar ik teken er wel bij aan dat het gebaseerd is op de regels zoals wij die zelf vroeger hebben vastgesteld. Je houdt je hart vast wanneer daar een keer doorheen geprikt wordt. Nog steeds kunnen wij op grond van de regels zeggen: zo zou het moeten. Ik denk dat het van belang is wat de heer Pothuizen heeft aangegeven, dat het op enig moment geactualiseerd gaat worden als we inderdaad een bepaald beleid daar willen realiseren. /an nder sluit e VOORZITTER: Met dit voorstel van de beroepschriftencommissie kan de raad akkoord gaan? Met inachtname dat de heer Van Esseveld wordt geacht tegen te hebben gestemd. Het voorstel wordt aangenomen, met de aantekening dat de heer Van Esseveld geacht wil worden tegen te hebben gestemd. 20. Voorstel van de commissie voor de beroepschriften tot het gedeeltelijk gegrond en gedeeltelijk ongegrond verklaren van het beroepschrift van de heer N. Wijnands tegen het besluit van burgemeester en wethouders tot weigering van een vergunning voor de uitbreiding van een autoherstel- werkplaats op het perceel Birkstraat 40. VOORZITTER: Ik maak u erop attent dat het college u vandaag nog een brief heeft doen toekomen. Dat kon niet anders dan dat wij die op uw tafel neer moesten leggen, omdat wij dinsdag geen B&W konden houden en dat pas gisteren hebben gehouden. Daarin is deze zaak besproken en toen is gezegd 1 it jen

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1989 | | pagina 80