1 «ei 1990
- 4 -
1
VOORZITTER: Mijnheer Verheus, wilt u mij nazeggen: "Zo waarlijk helpe mij
God almachtig!"
Heer VERHEUS: Zo waarlijk helpe mij God almachtig!
VOORZITTER: Mijnheer Visser, wilt u mij nazeggen: "Dat verklaar en beloof
ik!
Heer VISSER: Dat verklaar en beloof ik!
VOORZITTER: Mijnheer Witte, wilt u mij nazeggen: "Dat verklaar en beloof
ik!
Heer WITTE: Dat verklaar en beloof ik!
VOORZITTER: Mijnheer Wuijckhuijsewilt u mij nazeggen: "Zo waarlijk helpe
mij God almachtig!"
Heer WUIJCKHUIJSE: Zo waarlijk helpe mij God almachtig!
VOORZITTER: Mijnheer Zwaanenburg, wilt u mij nazeggen: "Zo waarlijk helpe
mij God almachtig!"
Heer ZWAANENBURGZo waarlijk helpe mij God almachtig!
VOORZITTER: Ik dacht dat ik alle raadsleden gehad had. Dank u wel. Dit was
de zuiveringseed. Dan gaan we nu over naar de ambtseed. Dat doe ik op
dezelfde manier. Ik lees eerst de tekst voor.
V0|
"Ik zweer (beloof) trouw aan de Grondwet en aan de wetten des Rijks en he
dat ik de belangen der gemeente Soest met al mijn vermogen zal
voorstaan en bevorderen." Hei
Dan begin ik weer bij de heer Blaauw. Wilt u mij nazeggen: "Dat beloof ik!" V0(
Go<
Heer BLAAUW: Dat beloof ik!
Het
VOORZITTER: Mevrouw Blommerswilt u mij nazeggen: "Dat beloof ik!"
VOC
Mevrouw BLOMMERSDat beloof ik! Goc
VOORZITTER: Mijnheer Boerkoel, wilt u mij nazeggen: "Dat beloof ik!" Hee
Heer BOERKOEL: Dat beloof ik! VOC
alu
VOORZITTER: Mijnheer Van den Breemer, wilt u mij nazeggen: "Zo waarlijk
helpe mij God almachtig!" Hee
Heer VAN DEN BREEMER: Zo waarlijk helpe mij God almachtig! VOO
alm
VOORZITTER: Mijnheer Ebberswilt u mij nazeggen: "Dat beloof ik!"
Heer EBBERSDat beloof ik!
VOORZITTER: Mevrouw Van Eek-van Veelen, wilt u mij nazeggen: "Dat beloof
ik!
Hee
VOO
Hee