24 oktober 1990 - 79 - VOORZITTER: Dan sluiten we dit onderdeel af met de constatering dat de motie zoals ik die heb voorgelezen, is overgenomen door het college. Dan gaan we naar hoofdfunctie 8. Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting. Heer WITTE (GGS)Voorzitter, ik vraag het woord vanwege het feit dat mij gisteren een brief onder ogen is gekomen van de heer Schapenk als voorzitter van de planologische commissie ten aanzien van het bestemmingsplan Nieuwegracht II. Ik wil daar een aantal opmerkingen over maken. Ten eerste, er is regelmatig in de afgelopen tijd door mensen geïnformeerd en dingen gezegd over de stand van zaken met betrekking tot het bestemmingsplan Nieuwegracht. Ik kan mij herinneren dat we vlak voor de vakantie in een geheim conclaaf met de wethouder financiën zaten en dat er toen gevraagd werd: hoe staat het nu met dat bestemmingsplan Nieuwegracht? Op dat moment moet hij op de hoogte zijn geweest van deze brief. Ik vind het dan in het kader van wat in het beleidsprogramma is afgesproken over actieve voorlichting echt een hele grote fout dat het college -laat ik mij niet op één wethouder toespitsen, want ik vind dat het hele college daar verantwoordelijk voor is- het niet nodig heeft gevonden om deze brief ter inzage te leggen voor de diverse commissies. Dat had namelijk kunnen betekenen dat er een wat breder draagvlak zou zijn gekomen voor onze opstelling dat er met het bestemmingsplan Nieuwegracht II moest worden gestopt. Zoals bij de slecht te lezen motie -waarvoor onze excuses- en de brief die beter te lezen is heel duidelijk naar voren komt, precies zoals wij al tijden zeggen, is de nu gekozen lokatie voor het bestemmingsplan Nieuwegracht II een slechte lokatie, die bij de provincie op grote problemen zal stuiten. Het is zelfs zo dat er een afwijkingsbevoegheid zal moeten worden gebruikt als de gemeente van zin is om toch door te gaan met deze lokatie. Gezien de ervaringen met de eerste herziening van het bestemmingsplan Landelijk Gebied, lijkt het ons op dit moment echt een hele slechte zaak wanneer we nu toch doorgaan als gemeente met dit bestemmings plan. In de tweede plaats hebben we inmiddels -wat dat betreft mag de wethouder financiën wat ons betreft wel weer een schouderklopje krijgen- een alternatieve lokatie om te voorzien in de zaken waarvoor we eerder bestemmingsplan Nieuwegracht II dachten nodig te hebben, namelijk het verplaatsen van milieuhinderlijke bedrijven uit de woonomgeving. Voorzitter, dat alles overwegende willen wij als fractie van Gemeente belangen Groen Soest onze motie in stemming brengen, waarin staat dat definitief wordt afgezien van het voortgaan met het ontwikkelen van het bedrijvencomplex Nieuwegracht II op de huidige lokatie en dat wordt gewacht met de ontwikkeling van een nieuwe lokatie totdat duidelijk is hoe succesvol ons saneringsbeleid is. Want dat mag ook duidelijk zijn: we hebben nu een lokatie, maar we hebben ook begrepen van de wethouder dat het niet storm loopt en dat er eigenlijk op dit moment maar één bedrijf is waar we een redelijk eind mee op weg zijn en waarvan te verwachten valt dat die ook binnen afzienbare tijd ook in het bedrijvenpand wordt ondergebracht. Dan de tweede motie. Die is eigenlijk een beetje geboren uit het financiële plaatje dat we te zien kregen, het cijfermateriaal dat door wethouder Menne werd gebruikt bij de algemene beschouwingen eergisteren. Ik heb dat doorgekeken en tot mijn grote schrik zag ik dat er voor het bestemmingsplan Landelijk Gebied 450.000,- is gereserveerd. Dat is een erg groot bedrag. Gelet op dat grote bedrag neem ik aan dat het in uw voornemen ligt om het gehele bestemmingsplan, de herziening, over te doen en compleet opnieuw te beschrijven. Nu is het zo dat in het land op het ogenblik nogal wat verschillende meningen bestaan hoe je het buitengebied in de nieuwe Wet ruimtelijke ordening moet aanpakken. Daar zijn ook methodes bij die stukken goedkoper zijn dan het compleet herzien zoals dat de afgelopen keer is

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1990 | | pagina 394