24 oktober 1990
86
zijn wij er niet tegen, maar dat willen we dan wel van het college horen.
Wethouder MENNE: Wij hebben nota genomen van de hardnekkigheid van de heer
Meilof met betrekking tot het rioolrecht en ook wat betreft de
hondepenning, hoewel hij op dat punt toch wat bijval krijgt. Dat verbaast
ook niet, natuurlijk. Maar het college vindt de huis-aan-huis controle
efficiënter en dat kost ook aanzienlijk minder geld. Niet en/en, want dan
hebben we de administratiekosten, dat gaat dan in kleuren en in code.
Afijn, er is door ons duidelijk voorgesteld en dat blijft, om de huis-aan-
huis controle te continueren. Dat levert veel op, het is zeer efficiënt en
het kost weinig.
Ik heb ook nota genomen van de opstelling van de WD met name met
betrekking de hondenbelasting. Zij zijn tegen de verhoging aangezien
daarmee bekostigd zou worden de milieu-inspecteur. Daar is de WD tegen.
Afijn, dat zijn bekende zaken. Wij nemen daar kennis van.
Wij hebben dan vervolgens nog twee moties van Gemeentebelangen Groen Soest.
VOORZITTER: Er zijn geen moties, er is één amendement, dat heb ik
voorgelezen.
Wethouder MENNE: Gehoord hebbende de raad, stelt het college voor het
amendement te verwerpen.
VOORZITTERWie van u mag ik tweede termijn het woord geven? Niemand? Dan
kom ik aan de afsluiting van deze begrotingsbehandeling. Even voor alle
voorzichtigheid, dat ik het zeker weet. Ik kijk even naar de wethouder van
financiën en ook de heer Straatman of wij niets vergeten zijn. Kunnen we
de zaak afsluiten?
Wethouder MENNE: Misschien moet ik nog even melden dat wij natuurlijk zo
spoedig mogelijk de totaliteit, de nota van wijzigingen u zullen doen
toekomen. Een soort consolidatie en bevestiging van de afspraken die heden
zijn gemaakt.
VOORZITTER: Afsluitend mag ik constateren dat u met de belasting
voorstellen, tenzij u duidelijk hebt gezegd dat u tegen bent, waarvan akte
uiteraard, akkoord gaat. Voor het overige is de raad daarvoor.
Heer VAN LOGTENSTEIN (CDA)Ik had de huiver dat u die twee uiteindelijke
raadsvoorstellen zou vergeten, maar dat is niet het geval.
VOORZITTER: Nee, nee. Akkoord? Hiermee de zaak voldoende behandeld? Dan
sluit ik hiermee deze begrotingsbehandeling 1991 af die we in 1990 hebben
gevoerd. Ik dank u allen voor uw komst en voor uw bijdragen. Ik ben me
ervan bewust dat het een hele zit is geweest en ik dank u voor uw
doorzettingsvermogen. Het leidt er wel toe dat we morgenavond geen
vergadering hebben! We hadden u graag een drankje willen aanbieden, maar
gelet op het late tijdstip hebben we het drankje niet boven geserveerd,
maar is het hier aan deze tafel vanavond uitgeserveerd. Ik neem aan dat
iedereen nu behoefte heeft om naar huis te gaan.
Ik sluit de vergadering.
Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad der gemeente Soest van
17 januari 1991.
de v