15 novenber 1990
- 7 -
fractievoorzitters krijgt- dat we daarvoor ook met elkaar verplichtingen
aangaan voor een betere behandeling van de volgende jaarstukken.
Heer VAN LOGTENSTEIN (CDA): Voorzitter, soortgelijk. Wij hebben toch altijd
gestreefd naar een hele snelle behandeling van de rekening. Dit stuk is
een volwaardig stuk, het is inderdaad heel overzichtelijk gepresenteerd. Je
zou er nogal wat mee kunnen doen, in de beleidssfeerbedoel ik dan. Dat is
er nu niet uitgekomen, daar moeten we inderdaad nog eens over gaan praten
om te kijken hoe dat het beste kan worden gedaan, ook in relatie tot de
tussentijdse rapportages die toch daar een relatie mee hebben.
Ik had in de commissiebehandeling een aantal vragen, waarvan er één
overeind gebleven is. Op bladzijde 38 staan in de eerste cijferopzet ten
aanzien van de getallen van terreinen en gebouwen zulke aanmerkelijke
verschillen ten opzichte van vorig jaar dat toen verondersteld is dat dat
niet anders dan fout kon zijn. Nu is het niet mijn bedoeling om dat nu te
horen, maar gewoon, het lijkt mij dat als het fout is, dat er dan een
correctie op komt, oftewel een erratum of iets dergelijks. Dat moet voor de
toekomst toch wel in de juiste proportie worden gezien.
Mevrouw BLOMMERS (WD): Voorzitter, ik wil niet de discussie uit de
financiële commissie herhalen. Het is zinnig als we over het hele
behandelen van de financiële aspecten van ons beleid inderdaad van
gedachten wisselen. Ik wil dus het voorstel van de heer Pothuizen van harte
ondersteunen.
Heer MEILOF (GPV/SGP/RPF): Het voorstel van de heer Pothuizen, daar ben ik
ook dankbaar voor. Dat is een zaak waar wij al langer op hameren. Het zou
heel goed zijn als we deze stukken werkelijk zinnig gaan gebruiken, op zo'n
manier gebruiken dat het beleidsbeïnvloedend is voor de toekomst. Ik wil er
heel graag in januari of wanneer het mag zijn, verder over spreken.
Heer VERHEUS (CDA): Mijnheer de voorzitter, het voorstel van de heer
Pothuizen ondersteun ik voor de volle 100%.
Wethouder MENNE: Zoals in de commissie financiën inderdaad is besproken
waar ook deze suggestie is gedaan, dienen inderdaad behalve de financiële
bespreking die overlappingen heeft naar de verschillende hoofdfuncties, ook
in de verschillende commissies inhoudelijke besprekingen plaats te hebben.
U bent het daarmee eens, begrijp ik, met wat de heer Pothuizen gezegd heeft
daarover. De rekening proberen wij steeds beter te presenteren en de
rekening die nu voorligt is eigenlijk beter gepresenteerd dan de jaren
daarvoor. Daarvan zouden we inderdaad ook gebruik moeten maken in de
functionele commissies en natuurlijk in de commissie financiën. Het lijkt
mij goed, voorzitter, dat de wijze waarop dat gebeurt, de procedure, dan in
de commissie a.b.z. besproken kan worden. Ik ben natuurlijk ook bereid dat
in een commissie a.b.z. gecombineerd met de commissie financiën te doen.
Het lijkt me goed om dat in het college nog eens te bespreken, dan komen we
er in januari op terug.
Wat het punt betreft dat de heer Van Logtenstein naar voren brengt, daar
zitten nog enkele zaken aan vast. Daarvoor moet ik verwijzen naar andere
bladzijden. Ik denk dat het goed is als we dat in de commissie financiën de
eerstvolgende keer aan de orde stellen. Ik denk dat we er dan wel uitkomen
op dat punt.
VOORZITTER: Even een korte reactie van mijn kant. Ik zal in januari,
wanneer wij volgens de planningkalender spreken over de begrotings-
evaluatie, dit punt eraan toevoegen ten aanzien van de behandeling van de