20 decenber 1990
- 14 -
stellen.
Heer BLAAUW (WD): Wij zijn het wel eens met uw voorstel, mijnheer de
voorzitter, maar wij hebben wat problemen met de dekking om dat ten laste
te brengen van uit het grondbedrijf gereserveerde middelen. Wij willen u
verzoeken om daar nog eens naar te kijken. Wij dachten niet dat dit de
geëigende middelen zijn om die hiervoor te besteden. Ik denk dat die dan
anders opgevoerd moeten worden.
Heer LOKKER (CDA): In de eerste plaats heeft de CDA-fractie er absoluut
geen moeite mee om dure voorzieningen te treffen als het gaat om de
verkeersveiligheid te verbeteren en zeker als het milieu ook gediend is met
zo'n maatregel. Dat is overduidelijk beargumenteerd en aangetoond. Waar we
wel wat moeite mee hebben en waar het CDA ook graag aantekening van wil
hebben, is dat het toch niet een gewoonte moet zijn om gelden te onttrekken
aan een bestemming -in dit geval gelden die bestemd zijn voor de uitvoering
van een beleidsprogramma- en die dan te bestemmen voor dit soort
voorstellen. Als we zo doorgaan, blijft er dan erg weinig geld meer over
voor de uitvoering van het beleidsprogramma zelf.
Heer MEILOF (GPV/SGP/RPF): Tijdens de commissievergadering heb ik verklaard
niet zo'n groot voorstander te zijn van deze zaak, vooral omdat ik toch
het perspectief zie dat we in die hoek van Soest een geheel veranderende
verkeerssituatie kunnen krijgen. Dan hebben we misschien wat jammerlijk
veel geld geïnvesteerd in iets dat op dat moment weer afgebroken moet
worden. Ik acht het mogelijk dat we het hele winkelcentrum daar verkeers
vrij gaan maken in de toekomst. Juist datgene wat voor de PvdA op dit
moment een probleem is, het VETAG-systeem, maakt voor mij doorslaggevend
dat ik er toch voor zal zijn. Daarom wil ik het even expliciet benoemen.
Juist het feit dat we in een stadium zijn waarin we op alle wijzen waarop
dat mogelijk is het openbaar vervoer zullen moeten stimuleren om het
mogelijk te maken dat steeds meer burgers ook de zin ervan inzien om er ook
gebruik van te maken, vind ik dit een goede zaak. Het blijkt in de praktijk
zo te zijn dat als een openbaar vervoerssysteem werkelijk werkt -en dan
gaat het om minuutjes omdat het om aansluitingen en dat soort zaken gaat-
dat het dan ook aantrekkelijker wordt en dat er meer burgers gebruik van
gaan maken. Dus ik zal toch voor stemmen.
Mevrouw TOMASSEN (PS)De verkeersveiligheid en het openbaar vervoer hebben
wij hoog in ons vaandel, dus wij stemmen voor uw voorstel.
Wethouder MENNE: Ik heb het gehoord, als je het interpreteert: het is
verkeer, dan kun je zeggen: het is het onderwerp milieu, dat is dan wel het
beleidsprogramma, echter, dat kun je eng en dat kun je wat ruimer
interpreteren. Voorzitter, ik heb begrepen dat toch gevraagd wordt aan het
college het toch wat te matigen. Ik heb natuurlijk in het college daar ook
wel eens over gesproken. Inderdaad dan de afweging te maken op momenten dat
we die hebben afgesproken en die momenten daarvoor prioriteit te geven.
Echter, dit was in mijn ogen wel een grensgeval. Ik dacht: nou, vooruit.
We hebben in ieder geval goed begrepen dat voor de toekomst voor de gelden
die wij hebben de grondbedrijfmiljoenen, de criteria wat strenger moeten
worden gehanteerd. Dat zal ik natuurlijk goed noteren.
Heer POTHUIZEN (D66)En let u daarbij ook de piano's, vleugels en moeren?
Wethouder MENNE: Daar zijn al besluiten over genomen, mijnheer Pothuizen.