21 februari 1991 - 20 - opnieuw in de beroepschriftencommissie zou komen dan zou alleen dat zogenaamde nieuwe element mogen meetellen en ik zie toch al niet dat het een nieuw element is. Ik zou voor willen stellen om in ieder geval gewoon in deze vergadering een beslissing te nemen over deze stukken. Heer EBBERS (WD): Voorzitter, mag ik dan als minderheidsstandpunt innemende in de beroepschriftencommissie nog een kleinigheid toevoegen aan het totaal? We hebben om te beginnen het bestemmingsplan le herziening Landelijk Gebied dat voorlopig van de baan is gehouden door een beslissing van GS. Dat neemt niet weg dat er ruimtelijke ontwikkelingen in het betreffende gebied zijn. Duidelijk is dat het bosgebied een verblijfs- en recreatieve functie heeft. Als voorbeeld wil ik daarvan even noemen de tegenover het recreatiegebied liggende bergjes, De Stompert, de spotters- plaats, de gebouwen van de WMN, de ontwikkelingen rond het Soester Natuurbad, om nog maar te zwijgen over de voorgenomen ontgrondingen van de Paltz. In die totale ontwikkeling ben ik van mening dat de plannen juist wel passen. Het zorgt ervoor dat het landgoed in zijn oorspronkelijke staat wordt hersteld. Wij kopen zelf als gemeente een stuk grond om dat te bewaren voor de toekomst omdat het zo oud is en omdat er grafheuvels liggen. Dan vind ik het toch wel vreemd dat je dan niet ervan uit wilt gaan om een landgoed in zijn oude oorspronkelijke staat te herstellen. Ik weet wel dat het nooit helemaal zal lukken, maar je kunt in ieder geval proberen er iets van te maken. Ik geloof dat dat een reden zou moeten zijn om dat te doen. Tenslotte heb ik nog een opmerking omdat het toch over de totaliteit gaat. Daarom wil ik toch ook nog even wat zeggen met betrekking tot een van de vergunningen die gaat over het faunahuis. We hebben recentelijk een artikel 19 procedure goedgekeurd voor het bouwen van een bijhuis aan het Heeserspoor. Ik dacht dat die vergelijking heel goed te maken was met dit faunahuis Ik houd dus mijn standpunt vol zoals ik ze in al deze bezwaarschriften heb ingenomen. VOORZITTERDe meningen zijn verdeeld in de raad over het feit of we vanavond doorgaan met de behandeling van de agendapunten 19 tot en met 24 of dat het verstandig is om eerst de zaak opnieuw aan de Commissie voor de beroepschriften voor te leggen, zodat zij al dan niet tot heroverweging kunnen komen, zodanig dat de zaak hier opnieuw aan de orde komt, waarbij wel op spoed wordt aangedrongen, gelet op het feit dat deze zaken al lang lopen. Ik denk dat ik een uitspraak door hoofdelijke stemming vraag. Ik stel voor -zoals het college het hier geagendeerd heeft- dat we vanavond doorgaan met de behandeling. Dat is het voorstel dat ik in stemming breng. U kunt zich uitspreken met voor of tegen. Als u zegt voor, dan gaan we door met de behandeling vanavond, spreekt u zich uit met tegen, dan zal -als daar een meerderheid voor is- de zaak van de agenda afgevoerd worden vanavond en gaat het opnieuw naar de Commissie voor de beroepschriften. Het voorstel luidt dus: doorgaan met de behandeling vanavond. heer Boerkoel, tegen; mevrouw Toraassen, voor; heer Van den Breemer, tegen; mevrouw Gerritse, voor; mevrouw Van Gorkum, tegen; heer Zwaanenburg, tegen; heer Meilof, tegen; heer Van Logtenstein, voor; heer Mennevoor; heer Visser, voor; heer Kingma, voor; heer Van Wuijckhuijse, tegen; heer Krijger, tegen; heer Witte, tegen; mevrouw Swinkels, voor; mevrouw Blommers, tegen; heer Leeflang, tegen; mevrouw Stekelenburg, voor; heer Lokker, voor; heer Plomp, tegen; mevrouw Spijk, tegen; mevrouw Van Eek, voor; heer Ebberstegen; heer Verheusvoor; heer Blaauw, tegen; heer Krol, voor.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1991 | | pagina 27