rikkeld te
le gemeente
iden te
1 de
Dat heeft
LeHet
financieel
iw van 16
rMaar
Dreding van
Dverheid.
itiatief-
bedrijven
en. Wij
ebied te
Waarom
ij ze uiteen
uimtelijke
.r onze
ling van
iar wat
•g meer
jverleg te
ïen wij uw
it het
woord
jen met
snde als
t
ar dat wij
en uit te
zet in de
t herhalen,
r is.
ndmolens,
orden
ndelijk
Soest is
meeste
le partijen
ner tijd
irkiezings-
Ld en is een
Partij van
igrenzen, dar
is van de
op 9 januarii
'de^
iruk de brieij
ifwaarin
idschap
crstel,
van 1500
onder
best doen de
en aan
enen, de
23 januari 1992 - 9 -
behoefte naar eventuele woningbouw regelmatig te toetsen aan het inwonertal
en we niet stijgen boven het getal van 40.000 inwoners. Graag wil ik een
verduidelijking van de zin in het voorstel onder IIc. waar u schrijft dat we
de woningbouw en de behoefte daaraan regelmatig zullen toetsen: "...waarbij
als toetsingscriteria zullen gelden consolidatie van het inwonertal op het
peil van 1 januari 1991 met als ondergrens 40.000 inwoners." Er wordt geen
bovengrens genoemd. Daar zou ik toch wat verduidelijking over willen hebben.
Progressief Soest is van mening dat het aantal woningen in 2 010 voldoende is
om 40.000 inwoners te huisvesten. Wij zijn van mening dat ernaar gestreefd
moet worden zo dicht mogelijk bij die 40.000 inwoners uit te komen. Bij de
invulling van de plannen moet zorgvuldig worden toegezien dat die ingepast
worden in het landschap. Moeite hebben wij met de bouwlokaties Hees en het
gebied naast het GriftlandcollegeWij verwachten dat de PPC en de gemeente
Baarn ons wat dat betreft terug zullen fluiten. Ik wil u hiervoor
waarschuwen.
Mijnheer de voorzitter, wij verwachten dat de insprekers uit de groene
driehoek en rond de Lange Brinkweg tevreden en gerustgesteld zijn, nu het
Eemdal in ieder geval gespaard wordt en deel blijft uitmaken van het
bestemmingsplan Landelijk Gebied. Daarnaast voldoet dit afrondingsscenario
aan de wensen van de ouderenbonden en de beide woningbouwverenigingen. Wat
Zonnegloren betreft blijven wij bij ons eerder ingenomen standpunt, dus geen
woningbouw.
Wat het winkelbeleid betreft kunnen wij ons grotendeels vinden in uw plannen
de huidige winkelcentra in geheel Soest daar waar nodig de gelegenheid te
bieden in bescheiden mate uit te breiden.
Voor het verkeer in de Van Weedestraat zal naar een creatieve oplossing
gezocht moeten worden. Onze voorkeur gaat uit naar tweerichtingverkeer en
daarbij het parkeren in de Van Weedestraat te verbieden. Wel enkele
parkeerplaatsen voor invaliden en plaatsen voor lossen en laden. Dit lossen
en laden dient dan wel vóór tien uur te geschieden. Op die manier kan de Van
Weedestraat aantrekkelijk gemaakt worden met extra banken en bijvoorbeeld
plantenbakken en een extra oversteekplaats bij Superflower. Als de plannen
rond het grand café doorgaan, zal men ook meer gebruik gaan maken van de
parkeerplaatsen bij het postkantoor. Met de parkeerplaatsen die er nu in de
omgeving zijn, moet dat toch voldoende zijn. Wij rekenen erop dat de mensen
toch zo verstandig zullen zijn om meer de fiets te nemen.
Voor de Ossendamweg moet een oplossing gevonden worden in het kader van het
verkeersbeleidsplan
Wat de bedrijfsterreinen betreft, kunnen wij ons vinden in de uitbreiding bij
Soesterberg.
Tenslotte, mijnheer de voorzitter, dit afrondingsscenario is onder de gegeven
omstandigheden voor ons het meest acceptabele resultaat, na afweging van
facetplannen, externe studies, inspraak en discussies.
Heer JANSEN (D66)Voorzitter, de D66-fractie vindt het buitengewoon
belangrijk dat het college unaniem, zonder minderheidsstandpunten op
onderdelen, achter dit voorstel staat. Omdat de besluitvorming in feite gaat
over de kern van het beleidsprogramma, over de principiële keuze voor
consolidatie, in het belang van het milieu en het landschap, een keuze die
consequenties heeft voor vrijwel alle facetten en sectoren van het beleid, is
het geboden dat alle neuzen in dezelfde richting wijzen. Zonder die
noodzakelijke homogeniteit zou het college zijn geloofwaardigheid verliezen.
Al vindt D66 het tempo van de voorgenomen beleidswijzigingen in vergelijking
met het verleden te traag om van een trendbreuk te kunnen spreken,
onderschrijft D66 dat het tot dusver gevoerde beleid en zeker het nu
voorgenomen beleid, zeker als het wordt gerealiseerd op essentiële punten,
een koerswijziging betekent in een door DG6 gewenste richting. Daarmee kunnen
we niet anders dan blij zijn. Toch moeten wij ook enkele kanttekeningen maken
bij onderdelen van het voorstel, vooral daar waar de interpretatie van de
tekst -ik heb het al eerder verwoord- voor meerderè uitleg vatbaar is.
Erkennend dat de overheid een zorgtaak heeft voor de volkshuisvesting en een
taak heeft de werkgelegenheid en een goed economisch klimaat te bevorderen,
kiest D66 bij strijdigheid van belangen voor het milieu. Echter, in onze ogen
hanteert het college wel een heel brede definitie van het milieu. Alle
elementen van die definitie: natuur, landschap, meer openbaar vervoer, minder
autoverkeer, een leefbare woonomgeving en goede gezondheidsvoorzieningen,
- 8 -