- 6 - 17 september 1992 - 7 srder biezen sn. Het indaar c -het oetere trokken =zorgd- ande kingen srug te urlijk van het ngen die n en gokt de re me van t aantal besluit dens de tische maar e wijze van e zijn moet waarvan Dat is weer in sselend tel van In an het ot de nen ekeken ch wel lijk 'ij dat er e zien 1 oort lerheid Heer JANSEN (D66)Voorzitter, zeker ook voor. Wat betreft het convenant wil ik opmerken dat dat alleen maar gesloten kon worden wanneer de afzet van automaten groter was dan wij wilden. Ik wil ook memoreren dat het doel dat we hadden, om jongeren tegen de mogelijkheden te beschermen, zoals dat in a.b.z. is verwoord in januari, mee door de commissie tot stand gekomen onder invloed van een dringend beroep van een inspreker die daar gepleit heeft om er alles aan te doen om het beter te maken, dat dit voorstel aan die wensen optimaal tegemoet komt en de steun dus daarom verdient. VOORZITTER: Als ik dan mag antwoorden, in het bijzonder in de richting van de WD-fractie bij monde van de heer Plomp. Op zich lijkt de gedachte aardig om dus te zeggen: laten we nog een jaar wachten en ondertussen een proef- convenant sluiten, dan kan de VNG klaar zijn met onderzoek en dan kunnen we over die gegevens beschikken. Wellicht zijn er dan ook andere, meer gegevens op andere terreinen, zoals ook door u genoemd, beschikbaar. Dat is evenwel niet het geval. Er is ook een einder probleem, dat is dat op de avond dat wij het hier in a.b.z. behandelden op mijn uitdrukkelijke vraag aan een van de insprekers of het sluiten van een convenant op basis van het voorstel zoals wij dat u nu vanavond doen, mogelijk is, duidelijk het antwoord kwam: nee, daar is men niet toe bereid. Ware dat wel het geval, dan zouden we wellicht gezamenlijk kunnen overwegen dat toch te doen. Dus, een convenant sluiten kan alleen op basis van het huidige aantal apparaten, twee-een-nul, zoals de vereniging van automatenhandel dat wil of twee-twee-nul, zoals de huidige situatie is. Maar in het voorstel zoals dat hier vanavond op tafel ligt is het dus een-nul-nul. Het zijn geen voetbaluitslagen, vergist u zich niet en het houdt ook geen verband met gokken. Dus dat is al een reden dat we geen convenant kunnen sluiten in de zin zoals we dat in Soest zouden willen. Ik ben blij te mogen constateren dat een meerderheid van de raad het voorstel van het college ondersteunt. Wenst iemand in tweede termijn het woord? Geen uwer. Mag ik dan constateren dat de raad kan instemmen met het voorstel? Heer VAN WUIJCKHUIJSE (GGS)Met de aantekening dat ik tegen heb gestemd. VOORZITTER: Waarvan akte. De WD-fractie is ook tegen. Dan is aldus besloten. Het voorstel (RV 92-102) wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen, met de aantekening dat de heer Van Wuijckhuijse en de WD-fractie geacht willen worden tegen te hebben gestemd. 7. Voorstel tot het instemmen met de nieuwe organisatiestructuur van de AVU. Heer MEILOF (GPV/SGP/RPF)Voorzitter, ik zal niet de opmerkingen herhalen die ik ook in de commissie heb gemaakt, dat lijkt mij zinloos. Op zichzelf, het feit dat wij een nieuwe organisatiestructuur wensen, dat dat goed is, dat wil ik best geloven. Ik mis in de stukken vooral de motivering vanuit de gemeente Soest. Ik krijg een motivering vanuit de provincie, maar motieven voor Soest zelf om dit te wensen, mis ik. We weten tegelijkertijd dat er in dit soort organisatiestructuren een element zit van slecht kunnen stoppen. Er is al genoemd het element van het afval hier willen ophalen voor gemeenten in de provincie. Helemaal geen kwalijke zaak, uitstekend als het in een aantal plaatsen gebeurt, het enige is dat we in Soest op dit moment in de praktijk leven, dat we zien dat verschillende van dit soort systemen vormen aannemen die we niet wensen en dat we dus nu in een REMÜ terecht zijn gekomen, terwijl we nog geen jaar geleden hebben gezegd: we doen een kleine organisatie structuur om vooral die kleine organisatiestructuur vast te kunnen houden. En binnen een jaar hebben we dat uitverkocht. Ik heb dus gewoon simpel geen vertrouwen in onze standvastigheid dat we werkelijk datgene doen waar we voorstaan. Ik zie het er dus van komen dat we op grond van het feit dat we zeggen: milieutaken zijn dusdanig zware taken, dat moeten we wel regionaal, provinciaal enz. oppakken, dat we dein gaan zeggen: ja, dat moet dan maar via deze organisatie, dat zij een bredere verantwoordelijkheid krijgen. Op dat moment komt het er misschien wel eens op neer dat we moeten zeggen: oké, plannen zoals we ze tot nog toe hadden van differentiatie, ten aanzien van het financiële aspect van het vuil ophalen, -zoals twee partijen dat al even noemden, van: dat moeten we in ieder geval uitstellen, vanwege het feit dat

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1992 | | pagina 216